De exitpoll is na 50 jaar nog altijd springlevend
Hugo van der Parre
Research-redacteur
Hugo van der Parre
Research-redacteur
De exitpoll is niet meer weg te denken bij de verkiezingen: op het moment dat de stembureaus sluiten, is er meteen een prognose van de uitslag. Niemand vindt het gek dat de NOS om 21.00 uur de uitkomst van kiezersonderzoek door bureau Ipsos publiceert. Maar in 1967 was dat een revolutionair idee. Een jonge socioloog uit Utrecht bedacht precies vijftig jaar geleden de exitpoll.
Op 15 februari 1967 werden in Nederland verkiezingen voor de Tweede Kamer gehouden. Die waren nodig omdat in oktober 1966 het kabinet-Cals was gevallen bij de behandeling van de rijksbegroting, in wat later de Nacht van Schmelzer is genoemd.
Marcel van Dam (dan 29 jaar en later onder meer bekend als Kamerlid, minister en VARA-voorzitter) vervult die winter zijn militaire dienstplicht. Van Dam is socioloog, afgestudeerd op een doctoraalscriptie over verkiezingssociologie, en gedetacheerd bij IBM in Rijswijk. Hij maakt daar kennis met de kracht van computers. "En daar kreeg ik een klik: ik besefte opeens dat ik met behulp van de computer en een goede steekproef een prognose zou kunnen doen van de einduitslag van verkiezingen", zegt Van Dam nu.
Het plan is geboren om een exitpoll te organiseren, al wordt het dan nog niet zo genoemd: kiezers wordt na het uitbrengen van hun stem gevraagd nog eens een formulier in te vullen met hun keuze.
Utrecht
Voor de verkiezingen van 15 februari selecteert Van Dam vier stembureaus in Utrecht die samen representatief zijn voor Nederland, gewogen naar opleiding, geslacht, leeftijd en sociale klasse. Uiteindelijk worden 3408 kiezers ondervraagd, een score van 85 procent van de bezoekers van de vier stembureaus. Het is een wereldprimeur.
De formulieren worden naar IBM in Rijswijk gebracht en met behulp van een speciaal softwareprogramma doorgerekend. De prognose van de uitslag wordt die avond live op televisie door Van Dam gepresenteerd. De exitpoll blijkt verrassend goed te voorspellen hoe er is gestemd.
Amerika
In november 1967 krijgt Van Dams aanpak navolging in de Verenigde Staten bij de verkiezing van de gouverneur van Kentucky. De Amerikanen bedenken het woord exitpoll. Ook na 1967 heeft Marcel van Dam nog een aantal keren een exitpoll uitgevoerd ten behoeve van de verkiezingsuitzendingen. “Ik moest er mee stoppen toen ik in 1973 staatssecretaris van Volkshuisvesting werd in het kabinet-Den Uyl”.
Zo’n vijftien jaar geleden leek het er even op dat de exitpoll minder belangrijk zou worden. In de jaren dat er gestemd werd met stemcomputers, was het mogelijk om snel na sluiting van de stembureaus een uitslag te hebben. Sinds we niet meer met computers stemmen, duurt het een paar uur voor bekend is hoe de nieuwe politieke verhoudingen zijn. En zo heeft het gebrek aan vertrouwen in stemcomputers ertoe geleid dat het belang van de exitpoll weer is toegenomen.
Ipsos
Vijftig jaar later is aan het principe niet veel veranderd. Onderzoeksbureau Ipsos gebruikt grofweg nog dezelfde methode, al is de schaal waarop de exitpoll wordt uitgevoerd groter. Tegenwoordig worden, verspreid over het land, zo’n veertig stembureaus geselecteerd waar enkele tienduizenden mensen hun stem nog een keer uitbrengen voor de exitpoll. Nog steeds doet ruim 80 procent van de kiezers mee. Ook bij de Tweede Kamerverkiezingen op 15 maart zal de NOS om exact 21.00 uur de uitkomsten van de Ipsos-exitpoll bekend maken.
Meer informatie? zie http://peilingpraktijken.nl/publicaties