Comeback Patriots doet denken aan wonderen van Istanbul, Bern en Medinah
Met een weergaloze comeback in de Super Bowl heeft New England Patriots een hoofdstuk toegevoegd aan het boek van historische comebacks in de sportgeschiedenis. Eerder deden Liverpool, Oracle Team USA en André Agassi al het schier-onmogelijke door een grote finale vanuit geslagen positie te winnen.
2005, Champions League-finale: Liverpool - AC Milan 3-3 (Liverpool wns)
Gedesillusioneerd dropen enkele Liverpool-fans al halverwege de finale in Istanbul af. Zij hadden genoeg gezien. Hun ploeg werd in de eerste helft weggespeeld door AC Milan, keek tegen een 3-0 achterstand aan en een grotere vernedering dreigde.
In de tweede helft keerden de kansen echter. Binnen no time had Liverpool via Steven Gerrard, Vladimir Smicer en Xabi Alonso de stand weer gelijk getrokken. In de daaropvolgende strafschoppenserie groeide voormalig Feyenoord-doelman Jerzy Dudek uit tot de held van Liverpool. Hij stopte de penalty's van Andrea Pirlo en Andrej Sjevtsjenko.
2013, America's Cup: Oracle Team USA - Emirates Team New-Zealand 9-8
De strijd in 's werelds oudste zeilregatta leek een eenzijdige aangelegenheid te worden met een snelle beslissing. Team USA kwam er in de eerste races namelijk niet aan te pas tegen Nieuw-Zeeland.
Maar net op tijd - de Kiwi's hadden bij een 8-1 voorsprong nog slechts één zege nodig - kwam de Amerikaanse boot op stoom. En met iedere zege ging Team USA, met Simeon Tienpont aan boord, steeds meer in de winst geloven. En die kwam er ook, dankzij een indrukwekkende inhaalrace van acht gewonnen races op rij.
2012, Ryder Cup: VS - Europa 13,5-14,5
Met een ogenschijnlijk kansloze achterstand van 10-6 ging Europa de laatste dag van de Ryder Cup op Amerikaanse bodem in. Maar het twaalftal van captain Jose Maria Olazabal gaf niet op in het hol van de leeuw.
Als eerbetoon aan de in 2011 overleden golflegende Severiano Ballesteros waren de Europeanen in het donkerblauw gekleed en dat leek hen een flinke dosis energie te geven. Liefst acht van twaalf de singles gingen naar Europa en daarmee was 'The Miracle of Medinah' een feit.
1999, finale Roland Garros: Agassi - Medvedev 1-6, 2-6, 6-4, 6-3, 6-4
Hij moest er heel lang op wachten, maar in 1999 maakte André Agassi eindelijk zijn serie grand slams vol. Eerst vocht hij zich terug naar de wereldtop, nadat hij was afgezakt naar de 141ste plaats op de wereldranglijst. En vervolgens toonde de Amerikaan op Roland Garros de langste adem.
De 29-jarige Agassi knokte zich in een zinderende finale langs Andrej Medvedev. Hij won het toernooi en werd de vijfde speler in de geschiedenis die alle grandslamtoernooien op zijn palmares had staan.
1954, WK-finale: West-Duitsland - Hongarije 3-2
In de groepsfase van het WK in Zwitserland had West-Duitsland al flink klop gekregen van het Hongarije van Ferenc Puskas (8-3) en ook in de finale leek een monsterscore in de maak toen de Hongaren, die al 32 duels ongeslagen waren, na acht minuten met 2-0 voorstonden.
De West-Duitsers repareerden de schade echter binnen achttien minuten en zes minuten voor tijd maakte Helmut Rahn het 'Wunder von Bern' compleet door met de 3-2 voor het winnende doelpunt te zorgen. Zo vlak na de Tweede Wereldoorlog durfden de Duitsers voor het eerst voorzichtig weer trots te zijn op hun land.