Mijn 2016: Van Rhijn heeft gedaan wat ze moest doen
In 2016 moest het gebeuren voor Marlou van Rhijn: twee gouden medailles op de Paralympische Spelen. Voor minder deed ze het niet. “Op het moment dat het 2016 was, realiseerde ik me: hier heb ik dus zo hard voor gewerkt. Nu mag je. En nu moet het.”
En het lukte. Na het goud en zilver van Londen veroverde Van Rhijn op de Paralympische Spelen in Rio de Janeiro goud op de 100 en 200 meter. We nemen het jaar met de Blade Babe door: van de voorbereiding via de EK atletiek naar Rio en de toekomst.
Spanning tijdens de voorbereiding
De eerste uren van 2016 brengt Van Rhijn door op een niet alledaagse plek: een opvangcentrum voor minderjarige vluchtelingen in haar woonplaats Purmerend. “We zaten daar met de hele familie oud en nieuw te vieren omdat die kinderen, de meesten uit Syrië, het vuurwerk eng vonden. Mijn ouders waren de enige twee vrijwilligers. Mijn moeder heeft me bijgebracht dat er altijd mensen moeten zijn die helpen als er iets ergs is gebeurd.”
Op het moment dat het 2016 was, realiseerde ik me: hier heb ik dus zo hard voor gewerkt. Nu mag je. En nu moet het.
“Op 1 januari werd ik een beetje nerveus wakker. De afgelopen jaren heb ik er alles aan gedaan om 2016 goed door te komen. Ik heb ervoor gezorgd dat mijn omgeving goed was, dat ik een coach had, dat ik zelf alles op orde had. Dus dat was heel spannend, maar eigenlijk niet leuk spannend. Want je legt jezelf zo’n enorme druk op.”
“Ik moest mezelf echt dwingen om ontspanning te zoeken. Daarom deed ik ook mee aan het tv-programma Maestro. De Spelen waren pas in september, dus als je dan al in januari begint met stressen, dan ben je niet goed bezig.”
EK atletiek: integratie is niet zo moeilijk
“De EK atletiek in Amsterdam kwamen als een leuke verrassing. Er was veel publiek, eigen publiek, en ik won de 200 meter. Het was een meetmoment voor Rio en omdat ik zo ver voor de rest finishte, dacht ik: die 200 meter zit wel goed.”
“Het was onwijs belangrijk dat er op de EK een gezamenlijk atletiekprogramma was met de valide sporters. Dat was echt de verdienste van Amsterdam. De Marlou’tjes van nu hebben kunnen zien wat je kunt bereiken als je hard werkt. En het laat zien dat integratie niet zo moeilijk is.”
“Ik ben trots op de reacties, zeker ook tijdens de Spelen. De finale van de 200 meter in Rio werd live op televisie uitgezonden. En dan waren er nog zoveel mensen die klaagden dat het belachelijk was dat er zo weinig werd uitgezonden. Dat was misschien wel het grootste compliment dat ik dit jaar heb gekregen.”
Rio de Janeiro: met pijn naar twee keer goud
De Paralympische Spelen begonnen voor Van Rhijn met de eervolle klus om de Nederlandse vlag te dragen bij de openingsceremonie. Maar alleen daarvoor was ze natuurlijk niet naar Rio gekomen. Ze ging voor twee keer goud, maar in de halve finales van de 200 meter ging het bijna mis toen een van haar blades los bleek te zitten.
“Het was echt heel eng. Ik had een soort zwabberend been en heb die 200 meter eigenlijk op één been gelopen. Ik heb daar de rest van het toernooi nog flink last van gehad. Niet zozeer mentaal, maar omdat het echt wel pijn deed...”
“Maar eigenlijk maakte dat niet veel uit. Ik had vier jaar naar de Spelen toegewerkt, kan mij het dan schelen of het pijn doet. Als het een ander toernooi was geweest, weet ik niet wat ik had gedaan.”
100 meter: ik won, zoals het hoorde
De prolongatie van haar paralympische titel op de 200 meter was geen verrassing. Op de 100 meter, waarop ze in Londen zilver won, werd het nog spannend. Van Rhijn liep lang achterin, maar won dankzij een vliegende eindsprint met slechts twee honderdsten.
“Normaal ga ik heel ontspannen en zelfs een beetje vrolijk de finale in. Maar omdat de series niet zo snel gingen, was dat nu niet het geval. Ik dacht: je moet echt agressief worden, anders ga je er niet uithalen wat erin zit. Dus ik stond voor de finale bij mijn startblok heel zwaar te ademen en bijna stoom uit te blazen. Ik merkte dat mijn concurrentie me aankeek: wat is er met jou aan de hand?”
“Mijn start was goed, maar ik heb daarna iets laten liggen. Toen ik omhoog kwam, dacht ik: dat is gek, ik had er al bij moeten zijn. Er moet nog een tandje bij. Toen ik dat deed, wist ik eigenlijk wel dat ik ging winnen. En ik won hem, gewoon zoals het hoorde. Ik heb gedaan wat ik moest doen. Hoe, dat maakt me niet uit.”
Rio de Janeiro: de afterparty
De 100 meter was het laatste evenement in Rio de Janeiro. Daarna ging het snel. De medaille-uitreiking, de slotceremonie, de terugvlucht met zwaaiende F16-piloten, de huldiging en het bezoek aan de koning. Het ging in een roes, maar Van Rhijn genoot. “Twee weken erna heb ik een groot feest gegeven voor familie en vrienden. Dat was voor mij het moment waarop het echt werd gevierd.”
Paralympisch Sporter van het Jaar werd Van Rhijn niet; die eer ging naar zwemster Liesette Bruinsma. Wel werd Van Rhijn op het Sportgala uitgeroepen tot Zappsporter van het Jaar, waarbij ze de ‘valide’ sporters Sanne Wevers en Tom Dumoulin aftroefde. Het is een groepje genomineerden zoals Van Rhijn het graag vaker zou zien. Ze maakt zich al jaren boos over de aparte categorie die NOC*NSF hanteert voor paralympische sporters.
Toen ik mijn nominatie kreeg, dacht ik: wordt nou echt volledig genegeerd wat ik zeg?
“Het is best pijnlijk dat je iemand in een aparte categorie zet. Het is een beetje een bijnummer en dat vind ik niet netjes. Ik zwengel het steeds weer aan en had echt gehoopt dat ze het dit jaar anders zouden doen, omdat er meer dan ooit over gesproken is. Maar toen ik mijn nominatie kreeg, dacht ik: wordt nou echt volledig genegeerd wat ik zeg?”
“Ik ben natuurlijk trots dat ik die prijs een paar keer heb mogen winnen. Maar het klopt gewoon niet. Het Sportgala is maar iets heel kleins in de hele integratie, maar het zou een mooi moment zijn om aan Nederland te laten zien dat we geen onderscheid maken.”
2017: via Londen naar Tokio
Na de Spelen van 2012 had Van Rhijn moeite om zich weer op te laden en stortte ze enkele maanden later zelfs in. Dit keer pakt ze het anders aan. Van Rhijn nam afscheid van haar coach Purcy Marte en is in zee gegaan met een Engelse coach: Keith Antoine, die onder anderen Richard Whitehead onder zijn hoede heeft, tweevoudig paralympisch kampioen op de 200 meter.
“Voor de komende vier jaar moeten er toch weer dingen anders en wil ik stappen maken. In Engeland gebeurt het, daar zit nog meer kennis, en daar ben ik nieuwsgierig naar. Dus ik reis nu heen en weer tussen Purmerend en Loughborough.”
“Er zijn twee punten waar ik naar kijk. In augustus is het WK in Londen. Dat wordt iets heel bijzonders, daar heb ik mijn eerste paralympische medaille gewonnen. Over 2018 en 2019 heb ik nog niet echt nagedacht. Maar één doel is zeker: als ik in 2020 maar in Tokio sta.”