Rutte: er is geen deal met de oppositie
Het kabinet heeft geen deal met oppositiepartijen over een oplossing voor de kwestie van het associatieverdrag met Oekraïne. Dat zegt premier Rutte in een toelichting op de brief die hij aan de Tweede Kamer heeft gestuurd.
Daarin schrijft hij dat het kabinet anderhalve maand extra de tijd neemt om met de EU-partners en Oekraïne verder te onderhandelen. Als het verdrag op bepaalde punten aangevuld wordt, wil Nederland toch tekenen.
Vrijdag deed Rutte nog een dramatische oproep aan oppositiepartijen als het CDA, D66, GroenLinks, ChristenUnie en SGP om heronderhandelingen te steunen. Dat het kabinet nu die knoop doorgehakt heeft, wil niet zeggen dat er afspraken zijn gemaakt, zegt Rutte.
"Er is geen deal, maar ik heb er vertrouwen in dat als wij een goed resultaat uitonderhandelen, ik dan ook in Nederland de meerderheid uiteindelijk kan halen. Het wordt hard werken, maar ik wil het wel proberen."
Eensgezindheid tegenover Rusland
Rutte noemt het heel belangrijk dat het verdrag met Oekraïne nog een kans krijgt. Als er op een aantal cruciale punten aanpassingen komen, zegt hij recht te kunnen doen aan de nee-stem bij het referendum en tegelijkertijd de eensgezindheid van Europa tegenover Rusland te kunnen bewaren.
Het afketsen van het akkoord zou volgens het kabinet vooral Rusland in de kaart spelen. En het is juist Rusland dat voor instabiliteit zorgt aan de randen van Europa, zegt Rutte.
Hij heeft er vertrouwen in dat hij met de andere EU-landen en Oekraïne tot overeenstemming kan komen, ook al zijn er geen concrete toezeggingen gedaan. "Het kabinet neemt zijn verantwoordelijkheid. We gaan onderhandelen, en na afloop gaan we naar het parlement."
D66 gunt het kabinet de extra tijd om te onderhandelen. "Het liefst hadden we nu een antwoord gezien, maar als Rutte kansen ziet om tot een goede oplossing te komen dan geven wij hem die tijd", zegt partijleider Pechtold.
ChristenUnie-voorman Segers vindt dat Rutte te laat is met de stap die hij nu zet. "Die had hij direct na het referendum al moeten zetten", zegt hij. "We wachten netjes af waarmee hij nu terugkomt uit Brussel."
Van het CDA mag Rutte altijd langskomen, maar partijleider Buma blijft bij het standpunt dat Nederland het verdrag niet kan ratificeren. "Niet omdat het een slecht verdrag is, maar omdat de kiezer het afgewezen heeft in het referendum. Vier miljoen mensen zijn naar de stembus gegaan, dat kun je niet negeren."
De SP heeft steeds gevonden dat Nederland de uitslag van het referendum moet volgen en het verdrag niet moet ratificeren. Partijleider Roemer kan niet begrijpen dat andere oppositiepartijen het kabinet toch zouden gaan helpen. Ze "verraden de democratie", vindt hij.
Jan Roos, campagneleider van het Nee-kamp bij het referendum en tegenwoordig lijsttrekker van de partij Voor Nederland (VNL) is niet verbaasd door de keuze van het kabinet. "Het laat zien dat Den Haag maling heeft aan het 'nee' tijdens het referendum. Er komt nu een nieuw kaftje om het verdrag met wat aanvullingen, maar er verandert verder niets."
