Eerste VN-vluchtelingentop ooit, maar waarom eigenlijk?
Er zijn anno 2016 meer vluchtelingen op de wereld dan sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog. Meer dan 65 miljoen mensen zijn van huis en haard verdreven. Wereldleiders spreken van een vluchtelingencrisis en daarom houdt de VN in New York de eerste vluchtelingentop ooit. Wat wordt daar besproken? En heeft het überhaupt zin? Vijf vragen en antwoorden over de bijeenkomst.
65 miljoen mensen op drift: waar hebben we het precies over?
Even wat cijfertjes. Bijna een op de honderd wereldburgers is vluchteling. De meesten zijn afkomstig uit het zuidelijk deel van de wereld. Ruim twintig miljoen mensen zijn uit hun land verdreven (van wie ruim zes miljoen uit Syrië). Drie miljoen van hen wachten op asiel in geïndustrialiseerde landen.
De grootste groep vluchtelingen is voor ons ook meteen het minst zichtbaar. Dat zijn de 40 miljoen mensen die op de vlucht zijn in eigen land. Syrië heeft veel van deze internally displaced people (zes miljoen) maar ook Colombia (zeven miljoen). En tot slot: meer dan de helft van de 65 miljoen vluchtelingen zijn kinderen. Veel van hen reizen alleen of zijn hun ouders onderweg kwijtgeraakt.
En wat gaat die vluchtelingentop hieraan veranderen?
Het doel is om beter internationaal samen te werken bij de opvang van vluchtelingen. Het is immers een wereldwijd probleem. Er zijn veel oorzaken voor de crisis: oorlog, armoede, vervolging, voedselschaarste, klimaatverandering. Die zorgen ervoor dat mensen hun biezen pakken en elders hun heil gaan zoeken. Op de conferentie moeten alle landen aanvaarden dat ze allemaal verantwoordelijkheid dragen voor de oplossing.
Wat is het maximaal haalbare in New York?
Er ligt een verklaring die er op papier heel indrukwekkend uitziet. Ondertekenaars verplichten zich onder meer tot herhuisvesting van vluchtelingen en onderwijs voor hun kinderen. Ook worden landen opgeroepen om actie te ondernemen tegen vreemdelingenhaat. Veel concreter dan dat wordt het niet.
De ambities waren eigenlijk veel groter. Deze conferentie staat al anderhalf jaar op de agenda. In de aanloop waren de verwachtingen hooggespannen. Maar critici wijzen erop dat een oorspronkelijk voorstel om jaarlijks tien procent van de vluchtelingen te herhuisvesten, eruit is gehaald. Zij zeggen dat de verklaring die er nu ligt tot weinig concreets verplicht. Daarmee hebben de 193 ondertekenende landen de hete aardappel doorgeschoven naar de volgende conferentie in 2018.
Ok, hebben dit soort grote conferenties überhaupt wel zin?
Ja, denkt Monika Sie, directeur van Clingendael, het Nederlandse instituut voor internationale betrekkingen. "Het is natuurlijk teleurstellend dat de hoge verwachtingen niet uitkomen. Maar het is positief dat alle landen zich in de verklaring pal achter het VN-Vluchtelingenverdrag scharen. En dat ze een gezamenlijke verantwoordelijkheid nemen", zegt Sie. Dat is al heel wat in het huidige politieke klimaat waar immigranten en vluchtelingen voor veel verdeeldheid zorgen in Amerika en Europa.
Bovendien betekent de aanwezigheid van zoveel wereldleiders in New York dat er in kleiner verband ook overleg kan worden gevoerd. Zo heeft de Amerikaanse president Obama morgen een apart overleg voor 45 landen. Zij zullen daar naar verwachting extra geld toezeggen voor de opvang van vluchtelingen en voor onderwijs. Verder is de VN-top voor Obama aanleiding om ook met tientallen bedrijven te bespreken hoe de private sector kan bijdragen aan een oplossing.
Doen we eigenlijk niet al genoeg voor vluchtelingen?
Met de vluchtelingendeal tussen Turkije en de EU en het dichttimmeren van de reisroute via de Balkan, lijkt het probleem goeddeels opgelost. Er komen weliswaar dagelijks nog 200 vluchtelingen aan in Griekenland. Maar dat is toch een stuk minder dan de duizenden vluchtelingen die vorig jaar dagelijks op Lesbos aankwamen. Het is onder controle, lijkt het.
Maar schijn bedriegt. Want volgens onderzoekers Rosan Smits en Fransje Molenaar van Clingendael tikt in de buurlanden van Syrië een bom. Daar leven miljoenen vluchtelingen in een uitzichtloze situatie. Ze kunnen niet weg en leven onder het bestaansminimum. Veel hebben geen legale status en staan dagelijks bloot aan uitbuiting, fysiek en seksueel geweld. Aansluiting bij gewapende bendes - al dan niet met politieke agenda - is voor sommigen aantrekkelijk.
Alleen al uit menselijk oogpunt zou men zich in Europa meer moeten bekommeren om het lot van deze vluchtelingen, zegt Clingendael-directeur Sie. "En als het niet uit solidariteit is, dan moeten we ons druk maken uit eigenbelang. Als Libanon, Jordanië of Egypte de problemen niet aankunnen en daardoor verder destabiliseren, dan merken we dat snel genoeg in Europa."