'Als hoogopgeleide vluchteling kun je niet zomaar even omscholen'
Het kostte hem jarenlang studeren in Utrecht, maar toen mocht de Syriër Fadi Jallo toch ook in Nederland aan de slag als apotheker. Hij is een voorbeeld van een hoogopgeleide vluchteling die niet zomaar even op hetzelfde niveau aan de slag kon in Nederland. "Het traject vergde jaren", zei Jallo in Nieuws en Co op NPO Radio 1.
Minister Asscher is van mening dat hoogopgeleide vluchtelingen snel aan de slag moeten kunnen, maar de praktijk blijkt weerbarstiger. Uit een recente pilot van Randstad en het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) komt naar voren dat het voor hoogopgeleide vluchtelingen moeilijker is om een baan op hun eigen niveau te vinden dan voor laagopgeleide.
Jallo kan dat wel verklaren. "Dat komt door problemen met diploma's en de gebrekkige kennis van de Nederlandse taal." Zo waren zijn Syrische diploma's niet geldig in Nederland. En het is voor hem als apotheker essentieel dat hij met zijn patiënten en andere zorgprofessionals goed kan communiceren. Andere hoogopgeleiden lopen daar ook tegenaan. "Als lasser duurt je opleiding een paar weken tot een paar maanden. Daarnaast is het minder van belang of je de taal goed spreekt", legt Jallo uit.
Op alles zeiden ze 'nee'
De Syriër is iemand die uiteindelijk dus wel een baan op hetzelfde niveau vond. Hij kwam in 2000 in Nederland aan. Even omscholen ging niet zomaar, benadrukt hij. Waar hij onder meer tegenaan liep was de gebrekkige medewerking van het COA. "Het antwoord op alles was 'nee'. Of je nou wilde studeren, de taal wilde leren of wilde werken. Het leek wel of het COA was ingehuurd om vluchtelingen weg te jagen."
De Syriër zocht zelf uit aan welke eisen hij moest voldoen. Na het leren van de taal haalde Jallo in 2009 zijn masterdiploma. In 2011 rondde hij zijn specialisatie tot Beherend Apotheker af. Mede dankzij het Universitair Asiel Fonds (UAF). Zonder die organisatie was het volgens hem niet gelukt. Jallo vindt het UAF dan ook veel beter geschikt om een pilot uit te voeren dan het COA.
Toch gaat Jallo binnenkort langs bij het COA. Hij wil vluchtelingen in hun eigen taal voorlichting geven over de gezondheidszorg in Nederland en medicijngebruik. De Syriër zelf spreekt bijvoorbeeld vloeiend Arabisch, Russisch en Engels. Daarnaast heeft hij collega's die Marokkaans en Turks spreken. Hij hoopt dat het COA iets ziet in zijn plan. "Mensen zijn niet alleen vluchteling, maar ook patiënt. Het gebrek aan kennis leidt soms tot ernstige problemen."