Snelwandelen

Dit moet je weten voordat je snelwandelen gaat kijken

Vanmiddag om 12.55 uur Nederlandse tijd staat de 50 kilometer snelwandelen op het programma in Rio. Voor de neutrale kijker ziet snelwandelen er misschien apart uit door de karakteristieke waggelpas. En de regels zijn ook niet altijd even duidelijk. Af en toe rent een jurylid de weg op met een rood bordje, en moet een loper de wedstrijd uit.

Toch raadt Hans van der Knaap van de Rotterdamse Snelwandelvereniging iedereen aan het snelwandelen te kijken. Hij is één van de 26 juryleden op de wereld die de loopsport mag beoordelen.

"Het mooiste vind ik dat je door de juiste techniek een behoorlijke snelheid kunt halen, zonder ademhalingsproblemen", zegt hij. "Je kunt zo enorme afstanden afleggen. In vergelijking met hardlopen is het veel langer vol te houden."

Van der Knaap is niet in Rio, want daar zijn al negen van zijn collega's aan het werk.

Maar waar moet je nou op letten?

Er zijn twee belangrijke regels: ten eerste moet je tijdens het lopen altijd met één voet de grond aanraken. Regel twee is dat bij elke stap de knie van het voorste been gestrekt moet zijn en blijven totdat het helemaal onder het lichaam is. Je mag je knie dus niet buigen.

Dat moet Van der Knaap dus beoordelen, en dat is ingewikkelder dan het klinkt. Juryleden moeten de techniek van lopers met het blote oog beoordelen - en dat valt niet mee als er twintig man op een kluitje de bocht doorkomt. Van der Knaap heeft daar een paar trucs voor: "als ze van een afstand komen aanlopen, kun je het beste zien of ze constant in contact staan met de grond. Zodra ze me voorbij lopen, kan ik goed zien wie zijn knieën buigt."

Omdat het onmogelijk is om lopers die in het midden lopen te 'betrappen', let Van der Knaap vooral op de lopers aan de randen van een groep.

Hans in actie als jurylid

"Toen we de winnaar na de finish gingen vertellen dat hij was gediskwalificeerd, stond hij al te bellen met de Mexicaanse president."

Hans van der Knaap - Jurylid snelwandelen

De laatste meters

Vooral bij de finish is het opletten geblazen, want in het zicht van een medaille kunnen de lopers fouten gaan maken en stiekem toch met twee voeten van de grond komen. Dat kan dramatische taferelen opleveren, zo herinnert Hans zich hoe ooit iemand zelfs nog na de wedstrijd werd gediskwalificeerd.

"Een Mexicaan had toen gewonnen, maar de jurychef kreeg in de laatste meters de derde rode kaart door van een ander jurylid - waardoor de winnaar gediskwalificeerd werd. Toen we het hem gingen vertellen, was hij al gefinisht en stond hij al te bellen met de Mexicaanse president."

Waar moet je vanmiddag op letten volgens Hans?

1: Wie van de kopgroep heeft er al een rode kaart?

De lopers met twee rode kaarten moeten uitkijken: nog één fout en ze worden uit de race gehaald. "Sommige lopers laten zich dan even terugzakken, of gaan midden in de groep lopen om niet op te vallen voor de jury."

2: Wat gebeurt er bij de finish?

Bij de finish nemen lopers de grootste risico's. Maar als je als loper zonder rode kaarten op de finish afgaat, hoef je niet te denken dat je zomaar een sprintje kunt trekken om alsnog te winnen. "De chef van de jury mag in de laatste 100 meter lopers per direct diskwalificeren als ze dat doen."

3: Matej Hóth en Jared Tallent

Dit zijn volgens Hans twee belangrijke kanshebbers voor het goud. "Matej Hóth, de Slowaak, is een geweldige loper met een hele goede techniek. De Australiër Jared Tallent maakt ook een goede kans, hij won goud bij de Spelen in 2012 en heeft het huidige olympisch record op zijn naam staan."

Deel artikel: