Dit is waarom jij niet vanzelfsprekend meer verdient dan je ouders

Jouw ouders waren rijker dan je opa en oma, en die waren weer rijker dan hun ouders. Gemiddeld tenminste. Maar aan die vanzelfsprekendheid lijkt een einde te komen. Deze generatie kan er niet meer blind van uitgaan dat ze het beter hebben dan hun ouders.

Dat schrijft adviesbureau McKinsey in een rapport. Tot 2005 was het nog simpel, bijna iedereen ging er gemiddeld op vooruit ten opzichte van hun ouders. Maar daarna veranderde dat. Tussen 2005 en 2014 gingen in de 25 ontwikkelde landen die McKinsey onderzocht, maar liefst 65 tot 70 procent van de 'huishoudens' erop achteruit.

We leggen het uit in deze video:

En de mensen die er het meest op achteruit gaan? Jonge, laagopgeleiden. Dat is de groep die het meeste kans maakt om minder 'rijk' te worden dan hun ouders. De vraag die dan natuurlijk nog rest is: waarom?

Waarom

Daar zegt McKinsey van alles over, maar het begint met de economische crisis. In 2008 (niet veel later dan 2005 dus) begon die, en dat heeft simpelweg heel veel banen gekost. Maar, zeggen ze daar, dat is niet alles. Effecten van een crisis zijn in principe tijdelijk, maar volgens McKinsey zijn er ook fundamentelere dingen aan de hand.

We vatten het even samen: door de crisis zijn er minder banen en de mensen die werken hebben al een tijd niet echt loonsverhoging gehad. En, de arbeidsmarkt verandert. Er zijn meer flexwerkers, die gemiddeld minder verdienen én minder opleidingskansen hebben.

Oké, en waarom juist mbo'ers?

We vroegen bedrijfseconoom en organisatiewetenschapper Cristel van de Ven mee te lezen. En die snapt wat ze bij McKinsey bedoelen. "Kijk, tien jaar geleden had zo'n 80 procent van de mensen een vast contract. Nu schommelt dat rond de 60 procent. Veel mensen die nu een baan zoeken of voor het eerst gaan werken, krijgen een flexibel contract."

Veel administratieve, mbo-geschoolde werknemers bij banken zijn hun baan kwijt door digitalisering.

Cristel van de Ven

Mensen met flexibele contracten zitten vaak in de lagere segmenten, zowel qua baan, salaris als opleidingsniveau, vertelt Cristel. Zij weten vaak minder goed waar ze opleidingspotjes voor hun werk en bijscholing kunnen vinden. Dus wordt de afstand tussen hoog- en laagopgeleiden alleen maar groter.

Bedrijven hebben het laatste jaar best weer wat geld te besteden, maar veel daarvan komt nu niet terecht bij de werknemers. Echte loonsverhogingen blijven uit.

En dan zijn er ook nog robots die banen kosten. "Voorbeeldje", zegt Cristel. "Veel administratieve, mbo-geschoolde werknemers bij banken zijn hun baan kwijt door digitalisering. Die mensen vinden wel weer nieuw werk, maar dat is vaak een baan onder hun niveau. En de mensen die dát werk deden, zitten nog steeds werkloos thuis."

Toch vindt Cristel het wel raar dat het rapport van McKinsey gaat over de toekomst, maar dat ze alleen maar naar vroeger en nu kijken. "Ze noemen de crisis, en waarom er minder banen zijn. Ze kijken niet echt naar de toekomst, maar trekken wel deze conclusie. En je weet het niet: misschien krijgen we straks wel weer een enorme schaarste aan arbeid, als de economie echt aantrekt. Dan hebben de werknemers het weer voor het zeggen."

Deel artikel: