VN: 300.000 tot 400.000 Eritreeërs gedwongen tot slavernij
De afgelopen 25 jaar zijn 300.000 tot 400.000 Eritreeërs gedwongen tot slavernij, stelt een onderzoekscommissie van de Verenigde Naties. Het Eritrese regime heeft zich volgens de commissie vanaf 1991 schuldig gemaakt aan systematische misdaden tegen de menselijkheid, waaronder slavernij en martelingen.
In Eritrea worden nog altijd mensen doodgeschoten die proberen het land te ontvluchten, zegt Mike Smith, voorzitter van de onderzoekscommissie. Hij gelooft dat het staand beleid is.
Internationaal Strafhof
Hoewel de rol van de commissie onderzoekend was, vindt de Mensenrechtenraad dat het land wegens het plegen van deze misdaden voor het Internationaal Strafhof moet verschijnen. Volgens de commissie heeft Eritrea weinig progressie geboekt om de overtredingen aan te pakken die de commissie vorig jaar al vaststelde.
Smith wees geen specifieke schuldigen of verdachten aan en noemde ook geen aantallen. Maar volgens de commissie dragen mensen in de hoogste regionen van de regering de verantwoordelijkheid voor de misdaden tegen de menselijkheid. Ze heeft bewijs tegen verschillende mensen verzameld die "beschikbaar komen op het juiste moment voor de juiste instanties en rechtbanken".
'Politiek gemotiveerd'
Het regime heeft de beschuldigingen van de hand gewezen. De onderzoekers zouden politiek gemotiveerd zijn. Volgens een regeringswoordvoerder is het "niet alleen een ongefundeerde aanval tegen Eritrea, maar tegen heel Afrika en alle ontwikkelingslanden".
Eritreeërs vormen een van de grootste groepen vluchtelingen die de Middellandse Zee proberen over te steken in de hoop Europa te bereiken. Volgens een recent rapport van de VN hebben meer dan 47.000 Eritreeërs het afgelopen jaar asiel gevraagd in Europa.