Juventus laat Bayern München ontsnappen

Bayern München is in de achtste finales van de Champions League door het oog van de naald gekropen. De Duitsers dwongen thuis tegen Juventus pas in de blessuretijd een verlenging af en sloegen daarin onverbiddelijk toe: 4-2.

Drie weken geleden was Bayern superieur in Turijn, maar verspeelde het een 2-0 voorsprong. Geen probleem, was de veronderstelling. Dat vlekje zou vast weggewerkt worden in eigen huis. Uiteindelijk lukte dat ook, maar het was kantje boord.

Juve speelde fris en fruitig en was lange tijd de baas op het veld. Aan de eerste treffer van Paul Pogba ging nog een blunder van David Alaba vooraf. De 2-0 was er echter een om in te lijsten: Alvaro Morata bezorgde de bal - na een knappe rush van eigen helft - bij Juan Cuadrado, die zijn man uitkapte en binnenschoot.

Grotere schade

De schade had nog veel groter kunnen zijn. Zo werd Morata onterecht teruggevlagd, nadat hij had geprofiteerd van een foutje van doelman Manuel Neuer. Pal voor rust miste Cuadrado nog een levensgrote kans.

Na 45 minuten geloofde het uit volle borst zingende thuispubliek nog altijd in een goede afloop. De eerste minuten van de tweede helft stemden echter somber. Vooral Morata bleek keer op keer een plaag voor de defensie van Bayern, dat maar geen grip kreeg op de wedstrijd.

Pas in het laatste kwart namen de Duitsers stukje bij beetje de regie over en met een mooie kopbal bracht Robert Lewandowski de spanning terug. Juve-doelman Gianluigi Buffon beleefde vervolgens nog een paar hachelijke momenten en in de eerste minuut van de extra tijd ging het mis: Thomas Müller dwong met een kopbal een verlenging af.

Aan diggelen

Daarin gebeurde het onvermijdelijke: na een mooi een-tweetje met Müller zette Thiago de Duitsers op voorsprong. Uitgerekend Juventus-huurling Kingsley Coman schoot vervolgens met een mooie krul het laatste restje Turijnse hoop aan diggelen.