Turkije bombardeert PKK in Irak na aanslag Ankara
Turkse gevechtsvliegtuigen hebben doelen van Koerdische PKK-militanten in Noord-Irak gebombardeerd. De luchtaanval volgt op de bloedige aanslag van gisteren op een druk verkeersknooppunt in de Turkse hoofdstad Ankara.
Volgens het Turkse leger vielen F-16's en F-4's achttien Koerdische doelen aan. Onder meer munitiedepots en schuilplaatsen zouden zijn verwoest.
Verantwoordelijkheid
Turkije noemt geen motief voor het bombardement, maar het lijkt een antwoord te zijn op de aanslag in Ankara, die zeker 37 levens eiste. Hoewel de verantwoordelijkheid voor dat bloedbad nog niet is opgeëist, zeiden regeringswoordvoerders kort na de aanslag al dat de PKK erachter zat.
Later op de avond was premier Davutoglu wel iets terughoudender: hij sprak over 'terroristen' maar noemde geen namen.
Koerdische militanten, ook van andere organisaties dan de PKK, vechten al geruime tijd een bloedige strijd uit met het Turkse leger. De afgelopen tijd hebben Koerdische rebellen meer bloedige aanslagen gepleegd, ook in Ankara.
Jordanië
De aanslag van gisteren werd gepleegd met een autobom, vermoedelijk door twee zelfmoordterroristen. Een van hen was een vrouwelijk PKK-lid, hebben regeringsbronnen gezegd tegen persbureau Reuters. Behalve 37 doden waren er meer dan honderd gewonden, van wie er vijftien nog altijd slecht aan toe zijn.
Vanwege de aanslag heeft premier Davutoglu een bezoek aan Jordanië uitgesteld. Hij zou eigenlijk morgen met zijn Jordaanse collega Ensour spreken, maar heeft zich telefonisch verontschuldigd.