Wat gebeurt er als Aleppo valt?
Syrische regeringstroepen concentreren zich de afgelopen tijd rond Aleppo, een belangrijke stad in het noorden die voor een deel in handen is van de oppositie. Maar voor hoe lang nog? Het regeringsleger komt steeds dichter- en dichterbij.
Voor de burgeroorlog was Aleppo de grootste stad van Syrië, qua inwonertal. Maar het is onduidelijk of dat nog zo is, omdat honderdduizenden mensen zijn gevlucht sinds het conflict uitbrak in 2011. De afgelopen dagen nog vluchtten tienduizenden mensen de 50 kilometer naar de Syrisch-Turkse grens, waar zij werden tegengehouden.
90 procent burgers
Het oostelijke deel van de stad is in handen van de oppositie. De schatting is dat daar tussen de 300.000 en 500.000 mensen wonen, van wie 90 procent burgers. Dat betekent dat enkele tienduizenden oppositiestrijders de stad verdedigen tegen de troepen van Assad.
De afgelopen week hebben regeringstroepen de stad vrijwel volledig omsingeld. De rebellen hebben nog één uitvalsweg in handen; de weg naar Idlib, een stad waar de oppositie ook de baas is. Maar deze weg wordt bestookt door de troepen van Assad, geholpen door Russische luchtaanvallen.
En eigenlijk is de hele omsingeling te danken aan de Russen. Sinds zij zich vier maanden geleden in de strijd hebben gemengd, is de de situatie totaal veranderd in Syrië; Assad is op de weg terug.
Russische regie
President Poetin beloofde in het begin vooral Islamitische Staat te bombarderen, maar in de praktijk vallen de Russen ook andere Syrische oppositiegroepen aan, zoals die in Aleppo. En de Russische president is blij met de regie die hij nu heeft in Syrië, zegt Rusland-correspondent David Jan Godfroid.
Maar of de belegering ook een keerpunt in de burgeroorlog wordt, is nog maar de vraag. Als de oppositie wordt weggevaagd in Aleppo, is dat vooral een morele overwinning voor het regime. Van economische activiteit is nauwelijks nog sprake, ook niet in het deel van de stad dat gecontroleerd wordt door de regering.
Belangrijker is misschien wel dat de positie van het Westen verandert als de oppositie verzwakt. Een coalitie onder leiding van de Verenigde Staten, waar ook Nederland aan deelneemt, steunt de (gematigde) rebellen namelijk. Sinds anderhalf jaar bemoeien de westerse landen zich ook actief met de strijd. Dat gebeurt vooral met luchtaanvallen op IS-doelen, maar ook door het trainen en adviseren van Koerdische strijders.
De oorlog ingezogen
IS is verzwakt door de bemoeienis van het Westen, maar niet uitgeschakeld. En president Assad zit er nog steeds, terwijl de VS en Europa in het begin van de burgeroorlog tamelijk stellig waren dat hij het veld moest ruimen.
Eigenlijk zou het Westen dus meer moeten doen om de strijd te helpen beslechten, maar de Amerikaanse president Obama wil niet verder deze oorlog ingezogen worden, zegt correspondent Wouter Zwart in de VS.
Turkije wil dus niet dat de Koerden militair gesteund worden door het Westen. Want de bewapende Koerden, die voor een onafhankelijke staat strijden, kunnen zich immers weer tegen de Turken keren.
En dus kijkt de westerse wereld tamelijk machteloos toe hoe het verdergaat in Syrië. Terwijl het een paar jaar geleden nog leek alsof het regime-Assad zijn beste tijd had gehad, zegt correspondent Sander van Hoorn.
Dus ook als de oppositie wordt verdreven uit Aleppo, is de strijd nog niet voorbij. De strijd die al aan meer dan 250.000 mensen het leven heeft gekost en miljoenen mensen heeft ontheemd.