Asscher: goud in handen bij twee dagdelen kinderopvang

Minister Asscher van Sociale Zaken gaat vooralsnog niet in op een SER-advies over de kinderopvang. De Sociaal Economische Raad (SER) vindt dat alle kinderen tussen 2 en 4 jaar zestien uur per week naar de kinderopvang moeten kunnen.

Dat is goed voor de ontwikkeling van de kinderen en bovendien een stimulans voor de werkgelegenheid, denkt de SER. Het kabinet trekt al geld uit voor 8 uur kinderopvang per week. Als dat lukt heeft minister Asscher naar eigen zeggen "goud in handen". Hij is blij als de eerste stap gezet is en alle kinderen 8 uur kinderopvang hebben.

Toekomstdromen

Net als de SER vindt Asscher het belangrijk dat tijdens de naschoolse opvang aandacht besteed wordt aan de ontwikkeling van kinderen. "Acht uur extra aandacht is heel waardevol", zegt Asscher. Hij benadrukt dat hij de kinderopvang betaalbaar wil houden en noemt het SER-advies " iets dat goed is voor toekomstdromen."

De afgelopen jaren waren er veel veranderingen in de kinderopvang. De SER spreekt van een "jojo-beleid". Daardoor is veel onrust ontstaan bij ouders en de kinderopvangsector. Bezuinigingen hebben geleid tot het sluiten van kinderopvangbedrijven of onderbezetting bij bedrijven die wel zijn opengebleven.

Kwaliteit

De SER hoopt dat het voorstel rust brengt, waardoor de kwaliteit weer omhoog gaat. Ouders moeten een deel van de kosten betalen. De maatregel kost het kabinet maximaal 230 miljoen euro.

Kinderen met een achterstand moeten wekelijks zestien uur extra opvang en onderwijs krijgen om ze gelijke kansen te geven met andere kinderen. Als de kinderopvang goed aansluit op het basisonderwijs zorgt dat ervoor dat kinderen meer uit hun schoolperiode halen. Niet alleen op de basisschool maar ook op het middelbaar en hoger onderwijs.

Investeren in jonge kinderen heeft meer effect dan programma's voor mensen op latere leeftijd, concludeert de SER. De Raad heeft uitgebreid onderzoek gedaan naar vergelijkbare programma's in Duitsland en Engeland. Ook andere landen investeren volgens de SER veel in voorschoolse educatie.