Jans is blij met progressie Zwolse talenten
Ron Jans is deze week met zijn spelers neergestreken in het Spaanse Mijas, onder de rook van Marbella en Malaga. "Ik kijk met een heel voldaan gevoel terug op het afgelopen jaar, als je ziet wat er is gebeurd en als je weet wat er financieel mogelijk was. Je moet heel slim handelen en dat is toch weer gelukt."
Wat vooral opvalt, is het aantal jonge spelers dat doorbreekt in Zwolle. Wouter Marinus, Kingsley Ehizibue, Queensy Menig en Sheraldo Becker zijn pas twintig jaar. Gustavo Hebling is 21 en Quasim Bouy 22 jaar.
Het verhaal van Ehizibue is wel heel bijzonder. Zijn ouders zijn Nigeriaans, hij is geboren in München en opgegroeid in Zwolle. "Ik voel me een Zwolse jongen. Ik heb familie wonen in Nigeria en München, waar ik ben geboren. Maar in Duitsland heb ik maar twee jaar gewoond en toen gingen we naar Zwolle. Mijn ouders zijn naar Europa gekomen omdat het toekomstplaatje er beter uitzag dan in Nigeria", legt Ehizibue uit.
Trainer Jans is ontzettend blij met zijn pupil, al zag hij het vorig seizoen nog niet zitten in de rechtervleugelverdediger. "Als je ziet hoe lang hij al in Zwolle is en hoe vroeg hij in de opleiding is gekomen... Kingsley was eigenlijk rechtsbuiten in de jeugd", begint Jans zijn uitleg.
"We hebben hem veel laten meetrainen. In het begin ging het goed. Vorig seizoen, zeker in de tweede helft, zat er geen enkele vooruitgang meer in. Sterker nog: hij ging achteruit. Toen vroeg ik me af of hij wel het vertrouwen had. Heeft hij wel het karakter, weet hij wat je ervoor moet doen en wat je ervoor moet laten? Op basis van die periode hadden we hem zomaar kunnen laten vallen. Dit seizoen laat hij zien wél mee te kunnen en het gaat goed met hem. Ik moet eerlijk zeggen: dat is genieten."