Problematische schulden voor 1 op de 5 Nederlandse huishoudens
Een op de vijf Nederlandse huishoudens kampt met problematische schulden. Toch blijkt de drempel naar de schuldhulpverlening hoog. Uit nieuwe cijfers die het ministerie van Sociale Zaken heeft gepubliceerd, blijkt dat slechts een klein gedeelte van de getroffen huishoudens hulp krijgt.
Volgens het rapport Huishoudens in de rode cijfers (.pdf) is het aantal mensen dat kampt met risicovolle schulden de afgelopen drie jaar iets gestegen. In 2012 zat nog zo'n 17 procent van de huishoudens in de gevarenzone, nu is dat ongeveer 18 procent.
Van alle Nederlandse huishoudens wordt maar 2,5 procent bijgestaan door professionele schuldhulpverlening. "Er is dus nog een relatief groot reservoir van potentiële cliënten", concludeert het rapport. In 2012 was het percentage 2,3.
Het wordt gezien als een laatste redmiddel voor de allerergste gevallen, waartoe huishoudens zichzelf niet rekenen.
Dat de drempel naar de schuldhulpverlening zo hoog is, komt doordat mensen denken dat die vooral voor anderen is bedoeld. "Het wordt gezien als een laatste redmiddel voor de allerergste gevallen, waartoe huishoudens zichzelf niet rekenen."
Laagdrempeliger
Mensen zijn overwegend positief als ze van de hulpverlening hebben gebruikgemaakt. Het rapport beveelt daarom gemeenten aan de voorzieningen laagdrempeliger te maken en de positieve kanten ervan te benadrukken.
Volgens het rapport komen problemen vooral voor bij huishoudens met een laag inkomen, mensen met een huurwoning en mensen zonder kinderen. Het preventiebeleid zou daarom vooral op deze groepen gericht moeten worden.
Vooral in de regio's Rijnmond, Haaglanden, Midden-Gelderland, Rivierenland en Zuid-Limburg valt nog veel winst te behalen.
Aan de lippen
Staatssecretaris Klijnsma schrijft aan de Kamer dat het van belang is dat de mensen op tijd aan de bel trekken. "Mensen melden zich niet snel, terwijl zij gemakkelijker geholpen kunnen worden als het water hen nog niet aan de lippen staat."
De vereniging voor schuldhulpverlening (NVVK) zet de laatste jaren in op het vroeger signaleren van schulden. Schuldeisers als woningcorporaties, zorgverzekeraars en energiemaatschappijen wordt gevraagd om alert te zijn op het niet betalen van rekeningen en mensen door te verwijzen naar schuldhulpverlening als het ze echt niet lukt om de rekeningen te betalen.
"Meer dan 20 procent van de mensen zegt dat ze de laatste jaren hebben geleefd van hun spaargeld en dat dat nu op is en dat ze moeite hebben om rond te komen van het geld dat binnenkomt," zegt de NVVK.
Ingrijpend
"Vaak heeft schuld ook te maken met een echtscheiding, verlies van werk of ziekte. Dat zijn ingrijpende factoren waardoor mensen in financiële problemen komen. Daarnaast heeft een heel grote groep mensen te hoge lasten voor het inkomen dat ze hebben, dus de huur en de zorgkosten zijn zo hoog dat ze er niet meer uitkomen."
Sinds de laatste meting, is de aard van de schulden veranderd. Ging het eerst veel om creditcardschulden en rood staan, nu zijn er vooral achterstallige betalingen. Volgens Klijnsma vlakt de groei wel af nu de economie weer aantrekt.