'Belgen moeten laten zien dat strijd tegen terrorisme menens is'
Veel commentaar was er de afgelopen dagen op de Belgische veiligheidsdiensten. Ze hadden de aanslagen van afgelopen vrijdag in Parijs moeten voorkomen, zeggen critici. De Belgische regering voelt die druk, en maakt onder meer 400 miljoen euro vrij in de strijd tegen terrorisme. "Er moest wel een indrukwekkend pakket komen. De Belgen moeten laten zien dat het menens is", zegt correspondent Joris van Poppel.
In het onderzoek is al duidelijk geworden dat de terroristen de aanslagen in de Franse hoofdstad vanuit België planden. "De jihadisten vertrokken vanuit Brussel met auto's naar Parijs, terwijl ze op lijsten van de inlichtingendiensten voorkwamen. Een paar maanden geleden werden de terroristen nog ondervraagd, maar toen hadden de Belgen nog niet door dat ze met zo'n enorme aanslag bezig waren. Daar is dus heel veel kritiek op."
Voorgaande regeringen hebben te veel bezuinigd op veiligheid. Die inhaalslag moeten we nu maken.
De Belgische premier Michel vindt die kritiek onterecht, zei hij in het Belgische parlement. "Ik ben het oneens met de critici die kwaadspreken over het werk van onze veiligheidsdiensten. Ik wil onze onderzoekers, onze ambtenaren, onze inlichtingendiensten en onze politie bedanken voor hun durf en hun inzet op moeilijke momenten."
Toch maakt hij honderden miljoenen vrij en komt er een stevig pakket maatregelen. Zo zei hij dat naar België teruggekeerde Syriëstrijders opgepakt worden. En haatpredikers kunnen straks onder huisarrest geplaatst worden of het land worden uitgezet. Moskeeën waar radicale imams prediken, moeten worden gesloten en de veiligheidsdiensten krijgen meer bevoegdheden.
Maar de bevoegdheden en het extra geld lossen de problemen niet in een keer op, zegt minister Jambon van Binnenlandse Zaken in België. "Voorgaande regeringen hebben te veel bezuinigd op veiligheid. Dat is een inhaalslag die we nu gaan inzetten. Maar u weet net zo goed als ik: we kunnen vandaag besluiten om de inlichtingendiensten te versterken, maar daarmee zitten die mensen morgen nog niet aan hun bureau."
Onderzoeksjournalist Lars Bové van de Belgische krant De Tijd zegt dat de veiligheidsdiensten de aanslagen niet zagen aankomen. Hij schreef onlangs een boek over de diensten en stelt dat er twee problemen zijn: een gebrek aan samenwerking en te weinig personeel. "Bij onze diensten zijn er 500 mensen bezig met echt inlichtingenwerk in het veld. Bij de AIVD zijn dat er bij mijn weten al drie keer zo veel. Dus er zijn grote verschillen. En dan heb ik het nog niet over de budgettaire middelen."
Pas op 1 januari komt er een goede databank, waar elke dienst duidelijk zal zien wat hij met iemand moet.
Volgens Bové is de achterstand enorm. Zo is er nauwelijks bijgehouden waar de Belgische Syriëgangers zitten, zegt hij. "We hebben in ons land een lijst met meer dan 900 mensen die zijn vertrokken naar Syrië, die zouden terugkeren of die potentieel kunnen vertrekken. Pas op 1 januari komt er een goede databank, waar elke dienst duidelijk zal zien wat hij met iemand moet. Dit zijn maatregelen die men al twee jaar geleden had moeten nemen."
