Tour: wat de Nederlanders doen, doet Sagan in z'n eentje
De 102de Tour de France was die van Chris Froome en André Greipel. En die van Peter Sagan. De enige Slowaak in het peloton won nooit, maar stal wel bijna dagelijks de show.
Maar hoe deden de deelnemende landen het deze Tour? De NOS maakte per land de balans op, op basis van alle toptien-klasseringen en de gemiddelde klassering van alle renners uit het algemeen klassement.
En wat bleek: het Slowakije van Peter Sagan was zeer succesvol. En de Nederlanders vielen, ondanks de zesde en zevende plaats van Robert Gesink en Bauke Mollema, een beetje tegen.
Acht opvallende conclusies
- Nederland was, op Frankrijk na, het land met de meeste renners aan de start in Utrecht. Frankrijk begon met 41 renners, Nederland met 20 en Italië was met 16 man.
- De eerste etappe in Utrecht was direct de beste voor Nederland. Drie renners eindigden in de tijdrit in de toptien (Tom Dumoulin, Jos van Emden en Wilco Kelderman), zes in de topzestien (Robert Gesink, Bauke Mollema en Dylan van Baarle).
- 32 verschillende nationaliteiten reden er in het peloton. Rusland begon met één renner (Dmitri Kozontsjoek) en was ook het eerste land dat er geen eentje meer over had. Ook Nieuw-Zeeland (twee renners) en Argentinië (één) eindigden rennerloos.
- Duitsland boekte het meeste aantal ritzeges: zes stuks. Vooral in de eerste week ging het goed dankzij André Greipel (twee zeges) en Tony Martin. Daarna wonnen Simon Geschke en nogmaals Greipel (twee) nog etappes.
- Spanje (twee keer Joaquim Rodriguez en Rubén Plaza), Groot-Brittannië (Chris Froome, Steve Cummings en Mark Cavendish) en Frankrijk (Romain Bardet, Thibaut Pinot en Alexis Vuillermoz) haalden drie zeges op.
- Alexander Kristoff en Edvald Boasson Hagen vertegenwoordigden Noorwegen in de Tour en finishten gezamenlijk negen keer in de toptien. Alleen eenling Peter Sagan deed het beter namens Slowakije: elf keer toptien, slechts een keer minder dan de volledige Nederlandse afvaardiging.
- De Spaanse renners lieten zich aan het begin van de Tour weinig zien van voren (drie toptien-plekken), maar toen de bergen waren bereikt steeg het aantal topklasseringen spectaculair van 3 naar 22. Ook in het klassement klommen de vijftien Spanjaarden iedere dag een stukje omhoog, tot de gemiddeld 48ste plek in het eindklassement.
- Frankrijk eindigde de Tour met 38 renners, die haalden samen 39 toptienklasseringen. Het zal niemand verrassen dat niet iedere Fransman een keertje de toptien wist te halen. Maar ze deden het in de breedte wel goed. Bijna de helft van de renners (17) stond een keer bij de beste tien in de rituitslag.
De eindconclusie
Als Peter Sagan tijdens deze Tour een wedstrijdje tegen Nederland zou hebben gereden, zou hij ze op meerdere fronten verslagen hebben. De twintig Nederlanders behaalden weliswaar net iets meer toptienklasseringen (12 tegen 11), maar in het algemeen klassement staat Sagan een stuk hoger (83 tegen 46).
Het verschil zit 'm in de podiumplekken. Sagan reed in z'n eentje 7 keer op het podium (vijf keer tweede, twee keer derde), de Nederlanders haalden geen enkele keer de beste drie.