Kankerpatiënten schakelen vaker Levenseindekliniek in
De Levenseindekliniek in Den Haag heeft in het eerste half jaar bijna evenveel kankerpatiënten met euthanasie geholpen als in heel 2014. Vorig jaar kregen 53 kankerpatiënten er euthanasie, de afgelopen zes maanden waren dat er al 49.
De stijging duidt er volgens de kliniek op dat huisartsen steeds vaker een euthanasieverzoek van mensen met kanker afwijzen. Normaal gesproken zijn juist kankerpatiënten degenen die het meest aan de criteria voldoen.
De Levenseindekliniek richt zich in eerste instantie niet op mensen met kanker, maar op mensen met dementie, psychiatrisch patiënten en ouderen met verschillende ouderdomsklachten. Wel kunnen kankerpatiënten er terecht als hun eigen arts niet wil meewerken, bijvoorbeeld om principiële redenen of omdat het verzoek emotioneel te belastend is.
Toename vakantietijd
Volgens de kliniek is het ook opvallend dat veel kankerpatiënten pas komen als de dood zich al aandient. Vooral in vakantietijd is het aantal spoedmeldingen groot. Vaak heeft de eigen arts de euthanasie te lang uitgesteld, is de indruk. Als die arts met vakantie gaat, wordt een vervanger ermee geconfronteerd. Die vindt zo'n verzoek soms te belastend of heeft te weinig tijd voor een goede begeleiding.
Directeur Steven Pleiter van de Levenseindekliniek vindt dat de spoedmeldingen een grote druk leggen op zijn organisatie. Hij zegt dat van de medewerkers het uiterste wordt gevergd om aan de criteria te voldoen. Zij moeten soms binnen een aantal dagen handelen en hebben daarna niet altijd genoeg tijd om de behandeling te verwerken.
Ook voor de patiënt is het niet altijd een wenselijke situatie, vindt de kliniek. Door de late euthanasie wordt het moeilijk in alle rust en helderheid afscheid te nemen van dierbaren.
De Levenseindekliniek pleit ervoor dat artsen een euthanasieverzoek tijdig bespreken, omdat het stervensproces vooral bij oudere mensen plotseling erg snel kan gaan.
Psychiatrische aandoeningen
De kliniek heeft in het eerste half jaar ook meer mensen met een psychiatrische aandoening geholpen bij euthanasie dan in heel 2014. Vorig jaar waren dat er zeventien, de afgelopen zes maanden achttien.
Die stijging wordt toegeschreven aan de uitbreiding van het aantal psychiaters in de kliniek van twee naar vier. Ook zijn er meer psychiatrisch verpleegkundigen aangenomen, waardoor er meer mensen geholpen konden worden.