'Hongerbrug' over IJ niet herbouwd
De aanleg van een pontonbrug over het IJ in Amsterdam gaat vandaag niet door. Het Amsterdamse 4 en 5 mei comité zegt de veiligheid van de duizenden deelnemers die over de brug wilden lopen niet te kunnen garanderen vanwege het aangekondigde slechte weer.
Het tijdelijke monument zou worden aangelegd als herinnering aan de 'Hongerbrug' uit de oorlog. In de Hongerwinter konden de pontjes over het IJ niet meer varen vanwege een gebrek aan brandstof. Om toch naar de andere kant van de stad te komen, werden de pontjes achter elkaar gelegd. Tot augustus 1945 lag deze pontjespontonbrug er, die ook wel bekend stond als De Hongerbrug.
West-Friesland
In de Hongerwinter gingen veel stedelingen op zoek naar voedsel bij boerderijen op het omliggende platteland. Vanuit Amsterdam liep men via de pontonbrug over het IJ naar Waterland en West-Friesland. Volgens het 4 en 5 mei comité hebben veel verzwakte Amsterdammers deze onderneming niet overleefd door de kou. Later liepen Amsterdammers via de brug van het noorden naar het centrum om de bevrijding te vieren.
Het was de bedoeling dat vandaag zo'n 6000 mensen over de 300 meter lange pontonbrug van het Centraal Station naar het noorden van Amsterdam zouden lopen. De brug zou bestaan uit twee veerponten en vijf pontons en ongeveer twee uur in gebruik zijn, van 14.00 tot 16.00 uur. Daarvoor zou het scheepvaartverkeer worden stilgelegd. Burgemeester Van Der Laan zou met kinderen van toen en kinderen van nu over de brug lopen.
Ooggetuige
Een van die kinderen van toen is de nu 81-jarige Harry Sablerolle. Hij liep als kind van 10 aan de hand van zijn moeder over de brug. Zelf maakte hij geen hongertochten, dat deed zijn moeder met een onderduiker die bij hen in huis woonde. Ze liepen onder meer naar Hoorn en Lutjebroek.
De ponton was een fuik waar NSB'ers controles hielden. Ze pakten dan het voedsel zoals bruine en witte bonen en aardappelen af, volgens Sablerolle.
Toen de pontonbrug er lag was het wel druk. "Het was natuurlijk een gelegenheid om naar het noorden te trekken", zegt Sablerolle. "De meeste Amsterdammers zullen wel naar het zuiden getrokken zijn, maar Noord-Holland was natuurlijk wel aantrekkelijk om te kijken of je daar voedsel kon bemachtigen."