Beatrix opent oorlogstentoonstelling op Curaçao
Door correspondent Dick Drayer op Curaçao
Prinses Beatrix heeft op Curaçao de tentoonstelling Guera na Kòrsou, oorlog in Curaçao, geopend. Met de expositie wil het eiland aandacht vragen voor zijn rol tijdens de Tweede Wereldoorlog. Curaçao was vooral van belang door de levering van brandstof aan de geallieerden.
De 93-jarige Curaçaoënaar Rudy Dovale vocht tijdens de oorlog in het Amerikaanse leger. "We kregen een speciaal soort brandstof die zowel in vliegtuigen als in auto's kon worden gebruikt. Ik wist destijds niet dat die geraffineerd was op mijn eiland Curaçao. Zonder die brandstof had de oorlog zeker een jaar langer geduurd."
De onbekendheid met de rol in de oorlog van de eilanden in het koninkrijk was voor een aantal Curaçaoënaars reden om de speciale tentoonstelling in te richten en aan prinses Beatrix te vragen die te komen openen.
De Nederlandse regering was tijdens de oorlog in ballingschap en de overzeese eilanden moesten zich tot de Bevrijding zelf redden, zonder directe Nederlandse bemoeienis. Voor koningin Wilhelmina was dat een signaal om de staatkundige banden tussen Nederland en de eilanden te herzien.
Er werd op Curaçao en op Aruba weliswaar niet gevochten, maar de wateren rondom de eilanden waren zeer gevaarlijk. Duitse onderzeeërs loerden met hun torpedo's op olietankers op zee. Ze hielden de haven van Willemstad ook goed in de gaten.
Historische voorwerpen
Ruim drie jaar lang moesten de inwoners van Curaçao tussen 18.00 uur en 06.00 uur hun lichten uit laten of hun huis lichtdicht blinderen. Ook auto's kregen donkere lappen over de koplampen, zodat ze nauwelijks zichtbaar waren op straat.
Veel van dat soort voorwerpen zijn bijeengebracht door getuigen uit de oorlog, zoals Rudy Dovale, en uitgeleend of gedoneerd aan het Curaçaos museum. De tentoonstelling is daar nog tot de zomer te zien.