MH17-onderzoekers: we blijven zolang het nodig is
Op de eerste dag was het raak. Het MH17-onderzoeksteam vond vandaag menselijke resten op de rampplek in Oost-Oekraïne. Een hoopgevend begin, want "we gaan niet weg voordat de klus is afgerond".
Michiel Marchand van Politie Nederland staat met verslaggever Gert-Jan Dennekamp in een uitgestrekt veld. Zwart van de verbrande grond. Het is de plek waar een groot deel van het Malaysia Airlines-toestel vorig jaar zomer neerstortte.
"Wat denkt u hier nog te kunnen vinden", vraagt Dennekamp aan het begin van de zoektocht. "Want zelfs het aluminium van het vliegtuig is gesmolten."
Marchand is niet voor niets optimistisch. "Drie weken geleden hebben we op dit terrein ook al gezocht. Toen hebben we aanzienlijke hoeveelheden menselijke resten gevonden. Ik ben ervan overtuigd dat het ons opnieuw gaat lukken."
Een paar uur later is dat het geval. Ook ontvangt de missie van de lokale bevolking persoonlijke bezittingen van de slachtoffers. Het gaat om sieraden.
De laatste slachtoffers
Het doel van de repatriëringsmissie is duidelijk: het terugvinden van de laatste twee slachtoffers. Twee Nederlanders zijn nog altijd niet geïdentificeerd. Op twee plekken binnen het rampgebied wordt nu gezocht. Het onderzoeksteam kon hier lange tijd niet terecht, omdat het door de oorlog te gevaarlijk was.
De komende tijd kammen de onderzoekers de gebieden alsnog uit. "We werken met mensen van defensie en de politie. En we krijgen hulp van de Maleisische collega's."
Er is regen voorspeld. Dat maakt het graven lastiger.
Hoelang de zoektocht gaat duren, kan Marchand niet zeggen. De veiligheidsomstandigheden lijken nu goed te zijn, maar het weer kan altijd nog roet in het eten gooien. "Er is regen voorspeld. Dat maakt het graven lastiger. Op sommige plekken willen we 20 tot 30 centimeter de grond in."
De twee plekken waar het onderzoeksteam zoekt, moeten straks helemaal schoon zijn. "We nemen alles mee. Wat we tegenkomen, brengen we naar Nederland en gaan we onderzoeken. De bedoeling is dat als we klaar zijn, hier niets meer te vinden is dat herinnert aan de crash."
Immens gebied
De rampplek is immens. Ook op andere plekken is nog lang niet alles geborgen.
"Sluit u uit dat daar in de bosjes misschien nog iets ligt?", vraagt Gert-Jan Dennekamp. "Nee", antwoordt Marchand. "Ik heb de overtuiging dat de lokale hulpverleningsorganisatie goed werk heeft gedaan, maar je weet maar nooit. Het blijft voor een groot deel mensenwerk."
Ook op die plekken gaat het Nederlandse team nog zoeken. Dat is niet zonder gevaar. Op sommige plekken liggen volgens dorpsbewoners nog niet-ontplofte mijnen en explosieven van de oorlog. "Op die plekken kunnen we natuurlijk niet zoeken op dezelfde manier als dat we hier doen. Daar schakelen we specialisten voor in."