'Het bloed van de slachtoffers is niet goedkoop'
Er is rouw en woede in el-Aour, een dorpje in het centrum van Egypte. Dertien van de eenentwintig christenen die in Libië zijn gedood door Islamitische Staat kwamen daar vandaan.
Dorpsgenoten verzamelen zich in donkere smalle steegjes om elkaar te troosten; de vrouwen in het zwart. Huilende mannen en vrouwen worden opgevangen door familie en vrienden.
In de enige kerk van het dorp zijn honderden mensen bijeen. Ze condoleren nabestaanden en vallen hen om de nek. Al huilend worden de namen van de slachtoffers uitgeschreeuwd.
De militaire acties van president Sisi zijn niet genoeg, geen enkel bombardement is genoeg.
Familieleden en vrienden stortten in toen ze hoorden dat de mannen die enkele weken geleden door IS waren ontvoerd, zijn onthoofd. Dat vertelt Babawi Walham; zijn broer Samuel was één van hen. Hij was te zien in de video van IS, waarin de 21 mannen op een rij stonden op een strand in Libië met ieder een beul achter zich.
Het antwoord van Egypte, bombardementen op IS-doelen in Libië, hebben volgens Babawi weinig zin. "De militaire acties van president Sisi zijn niet genoeg, geen enkel bombardement is genoeg, want het bloed van de slachtoffers is niet goedkoop. Dit zijn aanvallen tegen ongelovigen; hij had dat eerder moeten doen."
Ik eis dat ze de lichamen van de slachtoffers terughalen.
Bushra Fawzi rouwt om zijn 22-jarige zoon Shenouda. Zes maanden geleden was die naar Sirte, aan de Libische kust, gegaan om werk te zoeken als timmerman. "Ik eis van de internationale gemeenschap en van president Sisi dat ze de lichamen van de slachtoffers terughalen. Ook als ze in de zee zijn gegooid. En als ze zijn verbrand willen we hun as hebben."
Ook de andere slachtoffers waren gastarbeiders. Op de video van IS is niet te zien of alle mannen daadwerkelijk zijn omgebracht door IS, maar daar wordt wel van uitgegaan.