Nederlanders sporten vaker ongeorganiseerd
Nederlanders doen iets meer aan sport dan tien jaar geleden. Vooral wandelen, hardlopen en fitness worden steeds populairder, blijkt uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP). Alleen onder ouderen en lager opgeleiden neemt het aantal sporters niet of nauwelijks toe.
Volgens het SCP sport 56 procent van de mensen iedere week. In 2003 was dat nog 52 procent. We sporten steeds meer alleen of in zelf georganiseerde groepjes. Het aantal lidmaatschappen van sportverenigingen is de laatste tien jaar gelijk gebleven.
Eén sportclub
Het aantal sporters groeit minder hard dan in voorgaande jaren. Dat komt volgens onderzoeker Annet Tiessen deels door de economische crisis. "We zien nu vaker dat mensen lid zijn van één sportclub en niet meer van meerdere verenigingen tegelijk."
De toename van het aantal sporters komt door het groeiende besef dat sporten goed is voor de gezondheid. Voorlichtingscampagnes over het belang van voldoende bewegen, hebben succes gehad volgens het SCP. Sporten is voor veel mensen vanzelfsprekend geworden, vooral voor hoger opgeleiden. Veel mensen sporten een keer per week ter compensatie voor het tekort aan beweging in de rest van de week.
Tweederde van de Nederlanders beweegt voldoende en in vergelijking met andere Europeanen bewegen Nederlanders veel. Tegelijkertijd zijn Nederlanders ook Europees kampioen 'zitten'.
Het aantal sportblessures is licht gestegen. In 2013 waren er twee blessures per 1.000 uur sporten. Dat was in 2007 1,8 op de 1000 uren sport. Dat komt doordat meer mensen zonder begeleiding sporten.