Nederlandse militairen volgende maand naar Irak
Nederlandse trainers gaan begin februari aan de slag in Irak, de meesten in het noorden, in de buurt van de stad Erbil. Dat heeft minister Hennis van Defensie vandaag in de Tweede Kamer gezegd.
Vorig jaar was al besloten om 130 Nederlandse militairen naar Irak te sturen. Die gaan daar Peshmerga-eenheden trainen; Koerdische strijders die tegen IS vechten.
De Nederlanders gaan op verschillende plekken werken, zodat Koerdische strijders altijd dicht bij het front kunnen worden getraind.
Niet vechten
De Nederlandse militairen gaan zelf niet vechten, herhaalde Hennis nog maar eens: "Er is geen sprake van combat boots on the ground."
Sinds oktober zijn er ook zes Nederlandse F-16's actief boven Irak. Die voeren dagelijks bombardementen uit.
Nederland heeft beloofd om in ieder geval een jaar lang trainers en F-16's te leveren.
Voedselpakketten
In Syrië is Nederland niet militair actief, maar minister Koenders van Buitenlandse Zaken kondigde aan dat Nederland voedselpakketten en medicijnen wil leveren aan de gematigde oppositie.
Koenders stelt wel voorwaarden: de gematigde groepen moeten zich beter organiseren. En wie hulp van Nederland wil, mag niet samenwerken met radicale islamitische bewegingen.
De hulp is hard nodig, benadrukte Koenders: "Het gaat vaak over wapens, maar onderschat niet hoe belangrijk juist dekens en medicijnen zijn."