Friet rukt op in het land van pizza en pasta

Door correspondent Rop Zoutberg

Geserveerd in puntzakken, gemaakt van Nederlandse bintjes, gebakken in Nederlandse frituurolie en gegeten in Italië. In het land van de pizza en pasta is Hollandse patat in korte tijd populair geworden. In nog geen jaar tijd openden bijna dertig patatzaken in Napels.

Filippo di Lorenzo laat trots de frituurbakken zien achter de toonbank van zijn snackbar in Napels. "Kijk, die komen uit Woerden. Ze zijn op maat voor mijn zaken in Napels gemaakt." Boven de dampende olie hangt de neonreclame van de zaak die Chipstar Amsterdam heet. Zelfs de drie andreaskruisen van de hoofdstad ontbreken niet in het logo.

Een jaar geleden opende Di Lorenzo zijn eerste frietzaak in Napels, een idee dat hij kreeg na een bezoek aan Amsterdam. "Ik wilde het genot dat je als kind kunt hebben van een zakje patat naar Napels brengen. In Amsterdam proefde ik hoe lekker dat ook voor een volwassene is."

Patatoorlog

Het idee sloeg onmiddellijk aan, de Napolitanen kwamen in drommen naar de winkel om zijn patat te proeven. En nog steeds zijn ze niet over de nieuwigheid heen: de handel loopt zo goed dat Di Lorenzo in een jaar tijd negen zaken in en rond Napels kreeg. Hij importeert tegenwoordig wekelijks dertig ton bintjes uit Nederland.

Een jongen van een jaar of dertien prikt vol genoegen in zijn puntzak patat met barbecuesaus. "Ik vind het zo ontzettend lekker", verklaart hij. De jongen kende patat zoals in Nederland eigenlijk niet voordat de Chipstar opende. "Ik weet niet precies wat ze ermee doen, of ze een geheim ingrediënt hebben."

Maar inmiddels lijkt het succes van de patat in Napels doorgeslagen. Andere ondernemers kopieerden de succesformule van Di Lorenzo. Afgelopen maanden startten in Napels nog twintig andere Hollandse snackbars, die allemaal volgens het recept van Chipstar patat bakken. Daarmee startte een regelrechte patatoorlog in de stad, waarbij de zaken allemaal dingen naar de gunst van de klant.

Eetcultuur

Lokale pizzabakkers en typische Napolitaanse frituurzaakjes reageren vol ontzetting op de ontwikkeling. Zij vrezen dat de opkomst van de snackbars de eetcultuur in de stad kapot maakt. Enige rechtvaardiging voor die vrees is er wel: de fastfoodsector groeide de afgelopen jaren in Italië met zo'n 30 procent. Niet alleen friet doet het goed, maar ook hamburgers en kebab.

"Ik ben niet tegen de Nederlandse patat. Wel dat we een eetcultuur in de stad krijgen die alleen op patat is gebaseerd", bromt Paolo Russo. Hij neemt me mee naar een van de traditionele frituurwinkels van de stad. Even later komt hij naar buiten met een zakje zeppole e panzerotti, in olie gebakken koekjes en gefrituurde ravioli. "Dit soort zaken komen meer en meer onder druk te staan doordat de patat het in de stad zo langzamerhand overneemt. Het is een invasie."

Overdreven

Russo organiseerde deze zomer via Facebook een protest tegen de opening van een nieuwe patatwinkel in zijn wijk Vomero. Tot zijn verrassing kwamen er honderden mensen op het protest af. "Ik verdedig mijn cultuur, mijn eten, dat gemaakt wordt van de tarwe en de olie die uit mijn streek komen."

Chipstar-eigenaar Di Lorenzo noemt de protesten tegen zijn bedrijf overdreven. "Ik kan me eigenlijk niet herinneren dat er ooit een protest van Amsterdamse snackbarhouders was toen de zoveelste pizzeria rond het Leidseplein opende."

Zijn volgende zaken wil hij in Rome en Milaan beginnen, al zijn daar inmiddels al een paar patatwinkels van de concurrentie open.