Hofstadproces moet over

Het proces tegen de Hofstadgroep moet over. Dat heeft de Hoge Raad bepaald. Het Openbaar Ministerie was in cassatie gegaan tegen de uitspraak van het gerechtshof in Den Haag.

Dat bepaalde twee jaar geleden dat niet is bewezen dat hoofdverdachte Jason W en zes medeverdachten hebben deelgenomen aan een terroristische en criminele organisatie.

Volgens het Hof was het samenwerkingsverband van de verdachten te weinig gestructureerd om tot een veroordeling te kunnen komen. Ook van het aanzetten tot haat was volgens het Hof geen sprake.

Advies De Hoge Raad vindt de criteria waarmee het Hof tot dat oordeel kwam te beperkt.

De raad neemt het advies van de advocaat-generaal over dat te strenge eisen zijn gesteld aan het bestaan en de structuur van een criminele of terroristische organisatie. De zaak wordt nu verwezen naar het gerechtshof Amsterdam.

Jason W. is wel veroordeeld wegens poging tot moord op leden van een arrestatieteam van de Haagse politie en het in bezit hebben van handgranaten. Hij zit daarvoor een straf uit van 15 jaar.

Antheunisstraat Op 10 november 2004 begint om half drie 's nachts een politieactie met de inval in een woning in het Laakkwartier in Den Haag. Er wordt een explosie gehoord. Op dat moment wordt aangenomen dat er een boobytrap is aangebracht op de deur van het huis. Ook wordt er vanuit het huis een handgranaat gegooid en een half uur later geschoten.

Als er een paar uur daarna drie gewonde agenten worden afgevoerd, zet de politie de wijk af. Bewoners mogen wel weg, maar niet terug. Na vijftien uur is de politieactie in het Laakkwartier afgelopen als de verdachten Jason W. en Ismail A. worden gearresteerd.