Masdar City: 's werelds eerste CO2-neutrale stad
Door klimaatcorrespondent Bram Schilham
Nu is het nog grotendeels een zandvlakte met een woud aan hijskranen. Maar naast het vliegveld van Abu Dhabi, hoofdstad van de Verenigde Arabische Emiraten, verrijst binnen tien jaar een hypermoderne nieuwe stad die helemaal CO2-neutraal is. Alle energie wordt opgewekt uit duurzame bronnen en uit het afval van de 50.000 toekomstige inwoners van Masdar City, te vertalen als "stad van de bron".
Zes vierkante kilometer woestijngrond is bestemd voor de nieuwe stad. Er komen vooral moderne wooncomplexen te staan, maar Masdar City hoopt ook 1500 bedrijven te trekken. Schone bedrijven wel te verstaan, die actief zijn in duurzame technologie. En er wordt gebouwd aan een universiteit, gespecialiseerd in de techniek van groene energie. De contouren van het universiteitsgebouw zijn al zichtbaar. De bouwwerkzaamheden zijn in volle gang. In de rode stenen muren zijn de lijnen van moderne Arabische architectuur te herkennen. De eerste studenten kunnen nog dit jaar hun intrek nemen in het woongedeelte.
Met de bouw van Masdar City is naar schatting 22 miljard dollar gemoeid. Voor een deel afkomstig uit een investeringsfonds van de overheid van Abu Dhabi, maar de meeste miljarden moeten van particuliere investeerders komen. Blijkbaar valt het tempo waarin investeerders zich melden nog wat tegen, want de geschatte voltooiing van de stad is een paar jaar opgeschoven. Werd vorig jaar nog uitgegaan van 2016, nu is 2020 het streefjaar.
Groen rolmodel Het is niet toevallig dat juist Abu Dhabi zo vooruitstrevend bezig is. De leiders van het emiraat profileren zich al jaren als groen rolmodel in de regio. Ze zien brood in een toekomst waarin groene technologie een belangrijke bron van inkomsten wordt. Het maakt een geleidelijke overgang mogelijk van een economie die draait op oliedollars naar een economische positie gebaseerd op kennis en innovatie.
Zelf noemt het staatsbedrijf Masdar het project graag een "levend laboratorium". In de stad zullen nieuwe technologieën worden ontwikkeld en getest in het dagelijkse leven, zo luidt de uitleg van de Masdar-woordvoerders. Ze opereren niet zonder gevoel voor PR: één van de eerste zaken die het bedrijf in de steigers heeft gezet is geoliede marketingafdeling.
Een rondrit per bus over het bouwterrein brengt ons bij de eerste zonne-energiecentrale, die al vol in bedrijf is. Het enorme veld van tienduizenden aaneengeschakelde zonnepanelen brengt 10 megawatt op, genoeg om de hijskranen en bouwmachines van stroom te voorzien. De zon wordt straks ook de belangrijkste energiebron voor het stadsleven. Tachtig procent van de elektriciteit zal worden opgewekt via zonnepanelen op de daken en op het overdekte gedeelte van de openbare ruimte.
Onbemande taxi's Auto's zul je in de stad van de toekomst niet vinden: het elektrische transportsysteem bestaat uit futuristische, onbemande taxi's. Bij de proefopstelling ontmoeten we Robbert Lohmann, manager van het Nederlandse bedrijf 2getthere, dat de voertuigen gaat leveren. Er rijdt er al eentje rond door de betonnen fundering van de universiteit-in-aanbouw. Het voertuig heeft aan de buitenkant iets weg van een gondel van een skilift, met getint glas en afgeronde hoeken. Lohmann demonstreert hoe de inwoners van Masdar zich in de toekomst door de stad bewegen: de bestemming kiezen op een touch screen en dan simpelweg een groene knop indrukken. De deuren sluiten automatisch en het wagentje zet zich bijna geruisloos in beweging.
Het hele Masdar project is indrukwekkend. Het geeft de indruk dat het de leiders van Abu Dhabi ernst is. Voor alle duidelijkheid: het emiraat van vandaag de dag is verre van een toonbeeld van duurzaamheid. Airco's maken overuren in de luxueuze winkelcentra, SUV's staan in de rij voor de benzinestations en het water waarmee de talrijke plantsoenen worden besproeid, is afkomstig uit energieverslindende ontziltings-installaties. De emiraten behoren tot de landen met 's werelds hoogste carbon footprint per inwoner. Toch lijken de groene ambities meer dan window dressing. Al komen ze misschien eerder voort uit economische motieven, dan uit een diepe bezorgdheid over klimaatverandering.