Menig paralympiër ontdekte sport in revalidatiecentrum: 'Kende handbike nog niet eens'
Anne van Eijk
redacteur NOS Sport
Anne van Eijk
redacteur NOS Sport
Aan de ringen turnen of boksen terwijl je een hand mist? Geen probleem. Kanoën als je een dwarslaesie hebt? Ook dat kan. Noem een sport in combinatie met een beperking en de kans is groot dat ze er bij revalidatiecentrum De Hoogstraat in Utrecht weleens mee te maken hebben gehad. Sport is namelijk een enorm belangrijk onderdeel in een revalidatietraject. En dat heeft al menig paralympiër opgeleverd.
Onder anderen rolstoelbasketbalsters Julia van der Sprong en Ylonne Post, die later deze week in actie komen op de Paralympische Spelen in Parijs, kwamen tijdens hun revalidatietraject bij De Hoogstraat in aanraking met sport.
"Als er iemand bij ons binnenkomt, kijken we eerst waar de interesse van de revalidant ligt", legt sporttherapeut Marie-José Hunink uit. "Welke sport heeft diegene al gedaan? En stel dat die sport niet meer binnen de mogelijkheden valt, wat is dan een mogelijkheid?"
Balgevoel
Zo ging dat ook bij huidig international Van der Sprong, die in haar jeugd hockeyster en schaatsster was. Op haar zestiende kreeg ze een dwarslaesie, waardoor ze die sporten niet meer kon uitoefenen. "Maar je zag direct dat zij een enorm goed balgevoel had", vertelt Hunink, die Van der Sprong begeleidde in Utrecht en al snel de potentie zag.
"Ze pikte eigenlijk elke sport heel snel op. Daarnaast was ze iemand die graag competitief wilde sporten en kwam ze uit een familie die haar stimuleerde in het sporten."
Hunink wees Van der Sprong en Post op de paralympische talentendagen, die twee keer per jaar worden georganiseerd op Papendal. Daar werd hun talent ook opgemerkt, waarna ze al snel bij de nationale rolstoelbasketbalselecties aansloten.
Handbiken in plaats van voetballen
Ook handbiker Mitch Valize, die al twee gouden paralympische medailles in zijn kast heeft hangen, ontdekte zijn sport tijdens zijn revalidatietraject, dat hij doorliep bij Adelante in Hoensbroek.
"Toen ik daar binnenkwam, kreeg ik de vraag wat ik wilde kunnen als ik uitgerevalideerd was", vertelt Valize, die in Parijs zijn tijdrit- en wegrittitel wil prolongeren. "Mijn doel was sporten, want dat had ik altijd al gedaan. Ik heb mijn hele jeugd gevoetbald, maar het medisch team van Adelante adviseerde eens een sport te proberen waarbij ik mijn linkerbeen kon ontlasten."
Valize heeft een aangeboren beperking aan zijn linkerbeen en loopt van jongs af aan met een beenprothese. In 2015 werd een deel van zijn linkerbeen geamputeerd, zodat hij een nog betere prothese kon krijgen.
"We gingen op zoek naar een sport waarbij ik gebruik kon maken van mijn sterke bovenlijf. Het handbiken was al onderdeel van het revalidatietraject en diende ervoor om conditioneel fit te blijven. Maar ik bleek daar ook nog eens goed in te zijn. Ik had eindelijk iets gevonden waar ik in uitblonk."
Ook het revalidatiecentrum had door dat Valize talentvol was en voegde hem toe aan het team dat naar de jaarlijkse handbikebattle in Oostenrijk, een initiatief van alle revalidatiecentra in Nederland, ging. Daar vloog Valize met zijn handbike de steile Kaunertaler gletsjer op.
"Normaal gesproken verwachten ze niet dat iemand binnen de twee uur binnen is, maar ik kwam na één uur en twintig minuten al de laatste bocht door. Toen moesten ze de finishboog nog snel opblazen." Die prestatie ontging ook de toenmalig bondscoach niet.
'Zonder handbikebattle geen nieuw talent'
Maar zonder de inzet van het revalidatiecentrum had hij daar niet gestaan, vertelt Valize. "Voordat ik mijn revalidatietraject inging, wist ik niet eens van het bestaan van handbiken af. Het werk wat die centra doen is heel belangrijk voor de paralympische sport. En de handbikebattle is voor de aanwas van nieuwe handbikers heel belangrijk. Zonder handbikebattle geen nieuwe talenten", stelt Valize.
Maar, zo vertelt Hunink, sporten in een revalidatietraject is niet alleen voor de topsport belangrijk. "De revalidanten hebben er ook heel veel aan in hun persoonlijke levens. Naast dat het in fysiek opzicht belangrijk is, geeft het de revalidanten ook heel veel zelfvertrouwen. Dat ze het besef krijgen dat ze toch nog heel veel kunnen, ondanks hun beperking."
"Ons eerste doel is altijd dat ze zich weer in het normale leven kunnen redden. Maar als we door het aanbieden van sport toevallig een zaadje hebben geplant, waardoor ze zich op een gegeven moment op sport gaan richten, is dat mooi meegenomen."
En welke sport dat dan is? Die mogelijkheden zijn eindeloos. Op de vraag hoe veel sporten De Hoogstraat aanbiedt aan revalidanten, is het antwoord namelijk: "Welke sport niet? Het is vaak een leuke puzzel om een passende sport te vinden voor iemand, maar bijna niks is onmogelijk."
Bij De Hoogstraat zitten ze straks in elk geval met zijn allen voor de tv om de voormalig revalidanten te zien schitteren in Parijs. "Dat inspireert de revalidanten enorm."