Het nummer Harbu Darbu van muziekduo Ness en Stilla is miljoenen keren beluisterd
NOS Nieuws

Oorlogsretoriek is overal in Israël, ook in de hitlijsten

  • Eliane Lamper

    redacteur Buitenland

  • Eliane Lamper

    redacteur Buitenland

"We hebben het hele leger op je afgestuurd en we zweren dat er geen vergiffenis zal zijn." Met deze tekst voert het Hebreeuwse hiphopnummer Harbu Darbu van het duo Ness en Stilla de Israëlische hitlijsten aan. Het militaristische nummer is een steunbetuiging aan het Israëlische leger en belooft de vijand in Gaza af te straffen.

Het nummer is op streamingdiensten miljoenen keren beluisterd. In Israël klinkt het overal en op TikTok is het een hit geworden, inclusief een dansje. Er wordt gezongen over het schrijven van namen op projectielen die op de Gazastrook worden afgevuurd. "Je kunt de trillingen voelen tot in Tel Aviv", aldus de songtekst.

De artiesten rappen over "ratten die uit tunnels komen" en "zonen van Amalek". Dat laatste verwijst naar de Amelekieten, die in de Thora de grote vijand van de joden zijn en als volk uitgeroeid worden. Topmodel Bella Hadid, pleitbezorger van de Palestijnse zaak, wordt "terrorist" en "hond" genoemd.

Traditie

Israël kent een traditie van muziek die gemaakt wordt in tijden van oorlog. Dit nummer is een manier voor jonge Israëliërs om hun boosheid te uiten over de vele burgerdoden door de terreuraanval van Hamas, schreef dagblad The Jerusalem Post. De songtekst vindt weerklank in een land waar oorlogsretoriek nu overal te horen is.

Op straat in Tel Aviv zijn jonge Israëliërs verdeeld over het nummer:

Israëliërs over populair oorlogsnummer: 'Het staat voor de pijn die de jeugd nu voelt'

Zo ook bij optredens van bekende artiesten voor soldaten en reservisten. Zangeres Narkis zong over "het vernietigen van Gaza" en een hernieuwde kolonisatie van het gebied. Verder zong Rinat Bar over het einde van Hamas-leider Sinwar en Hezbollah-leider Nasrallah. "Je zal morgen sterven, net als heel Gaza."

Verschillende politici en opiniemakers hebben zich uitgesproken voor de verwoesting van Gaza. Een Israëlisch parlementslid schreef dat Gaza "van de aardbodem moet worden weggevaagd". Een ander lid van de Knesset riep op de dag van de terreuraanslag van Hamas op tot een nieuwe Nakba. Daarmee verwees hij naar 1948, toen de staat Israël werd uitgeroepen en zo'n 750.000 Palestijnen werden verdreven door zionistische milities of zelf op de vlucht sloegen.

Ook binnen de regering klinken deze geluiden. "We strijden tegen menselijke beesten, en daar handelen we naar", zei defensieminister Gallant aan het begin van de oorlog. "Wij zijn kinderen van het licht, zij zijn kinderen van de duisternis", zei zowel Gallant als premier Netanyahu.

De woordvoerder van Hamas riep op zijn beurt op tot de vernietiging van Israël. Een paar weken na de aanslag verklaarde Ghazi Hamad dat de gewapende tak opnieuw zal toeslaan als de kans er is. Hamad zei dat het bestaan van Israël "niet logisch" is. "We zijn een natie van martelaren en we zijn trots om martelaren op te offeren."

Klassieke voorbeelden van taalgebruik in tijden van oorlog, ziet Wim Vandenbussche, hoogleraar linguïstiek aan de Vrije Universiteit Brussel. "Er is geen ruimte voor nuance. Als de strijd verhevigt, is dat ook het geval met taalgebruik. Politici spelen in op gevoelens van heroïsme. Maar het taalgebruik is ook bedoeld om te ontmenselijken."

Grote steun voor oorlog

De retoriek is heftiger dan voorheen, uit verdriet en boosheid over de terreuraanval van Hamas, zegt Erella Grassiani, antropoloog aan de Universiteit van Amsterdam. "Voor de oorlog hoorde je dit niet zo openlijk in de media. Ook voorheen werd geweld tegen Palestijnen amper veroordeeld, maar de uitspraken waren minder heftig."

"De taal is heftiger omdat er zo veel mensen gedood zijn", zegt Mairav Zonszein, analist voor de internationale denktank Crisis Group. "Dat heeft een groot trauma achtergelaten bij Israëliërs. De meeste mensen in Israël vinden dat het leger nu het juiste doet." De oorlogstaal laat zien dat de ideeën van uiterst rechts gemeengoed geworden in Israël, zeggen Grassiani en Zonszein.

De steun voor de oorlog is groot onder Israëliërs, laten verschillende onderzoeken zien. Uit een onderzoek van het Democracy Institute in Israël blijkt dat 87 procent van de Joodse bevolking in het land de beëindiging van de gevechtspauze begin deze maand steunde. 7 procent wil dat er meer wordt gedaan om burgerslachtoffers te voorkomen.

'Retoriek zeer effectief'

Tegelijk tonen Israëlische media weinig van wat de Israëlische bommen aanrichten in de Gazastrook. Op televisie zijn wel beelden te zien van de humanitaire nood, maar niet van de vele doden of kinderen die uit het puin worden gehaald. Op sociale media worden grappen gemaakt over Palestijnen die geen toegang hebben tot water en elektriciteit.

Israëliërs lijken nu vooral aandacht te hebben voor hun familie en vrienden die naar Gaza gestuurd worden om te vechten en voor gegijzelden die al ruim twee maanden in Gaza worden vastgehouden. "De veiligheidstroepen uit het hele land geven hun hart en ziel voor ons allemaal", schrijft het muziekduo Ness en Stilla onder hun video op YouTube. "Het is tijd om het verdriet in te ruilen voor woede."

Dat oorlogsretoriek op de langere termijn werkt, weet taalkundige Vandenbussche. "Als je deze taal blijft gebruiken, creëert het beelden die nog lang bij mensen blijven hangen", zegt hij. "Retoriek is een zeer effectief wapen om een bevolking mee op te peppen, onderschat het effect daarvan niet."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl