NOS NieuwsAangepast

Akkoord op de klimaattop; vanaf 2035 jaarlijks 300 miljard dollar aan klimaatsteun

Na een chaotische dag hebben onderhandelaars op de klimaattop in de Azerbeidzjaanse hoofdstad Bakoe toch overeenstemming bereikt. Rijke landen, waaronder Nederland, beloven vanaf 2035 jaarlijks 300 miljard dollar aan klimaatsteun te geven.

Ook wordt onderzocht hoe de totale hoeveelheid steun voor de aanpak van klimaatverandering kan worden verhoogd tot 1.300 miljard dollar per jaar in 2035. Daarbij gaat het wel om alle landen, niet alleen rijke landen. En om geld uit investeringen en het bedrijfsleven.

Verdere stappen om de uitstoot van broeikasgassen te beperken, zijn er niet gezet. Er staat geen directe verwijzing naar het "wegbewegen van" fossiele brandstoffen in de tekst, in tegenstelling tot vorig jaar. Ook zijn er geen nieuwe acties of doelen afgesproken. De golfstaten, en dan vooral Saudi-Arabië zouden zich hevig hebben verzet tegen verdere stappen.

Moeizaam en chaotisch

Direct nadat het besluit over het geld was gevallen, kwamen er bezwaren uit de zaal. Onder meer India stelde het er niet mee eens te zijn. "Dit gaat de enorme omvang van dit probleem niet oplossen", zei diplomaat Leela Nandan.

Maar er ligt nu dus wel een akkoord. Dat er überhaupt een akkoord kwam, is een klein mirakel aangezien de gesprekken vanaf het begin moeizaam verliepen. Meest dramatische moment was toen de allerarmste landen en eilandstaten zaterdagmiddag woedend wegliepen van de onderhandelingstafel.

Zij verlangden veel meer steun dan de 250 en later 300 miljard dollar die op tafel lagen. Duidelijk is dat hun behoeften om zich te beschermen tegen de gevolgen van klimaatverandering veel groter zijn. Zeker in de armste en meest kwetsbare landen.

Daarna werd het een race tegen de klok. Rijk en arm lagen nog ver uit elkaar. Maar steeds meer diplomaten begonnen te vertrekken op eerder geboekte vluchten. En het sluiten van een akkoord kan alleen als tweerderde van de landen aanwezig is.

Grote noden

Deze klimaattop ging vooral over financiele steun voor arme landen. Zij kunnen dit gebruiken om hun uitstoot van broeikasgassen te verminderen. En om zich te beschermen tegen de gevolgen van klimaatverandering, bijvoorbeeld door waarschuwingssystemen te maken tegen extreem weer.

Op dit moment krijgen kwetsbare landen jaarlijks al ruim 100 miljard dollar van dit soort steun. Dit wordt bijeengebracht door rijke landen. Het gaat niet alleen om giften maar ook leningen, investeringen en garanties.

Maar de afspraken hierover liepen af. Bovendien was duidelijk dat de noden veel groter zijn. Kwetsbare landen gaven aan dat er jaarlijks meer dan 1.000 miljard dollar nodig is. Iets wat door wetenschappers werd onderschreven.

Moeizame onderhandelingen

Vooraf was al duidelijk dat de onderhandelingen moeizaam zouden worden. Zo is klimaatfinanciering een gevoelig onderwerp. Ook voor rijke landen die de toezeggingen thuis moeten verdedigen.

De verkiezing van Donald Trump tot Amerikaanse president vlak voor de top wierp een schaduw over de onderhandelingen. Het is de verwachting dat de Verenigde Staten onder Trump minder of zelfs niets zullen bijdragen aan klimaatsteun.

Gastland Azerbeidzjan had geen grote staat van dienst in de klimaatdiplomatie. Bovendien werd het werk van de voorzitter bemoeilijkt door uitspraken van de Azerbeidzjaanse president. Hij noemde olie een "geschenk van god". Ook schoffeerde hij Frankrijk en Nederland door ze "neokoloniaal" te noemen.

Eurocommissaris Hoekstra van Klimaat noemde de uitspraken "weinig behulpzaam".

Woede om 250 miljard dollar

Ook de onderhandelingen zelf leidden tot ergernis bij landen, en organisaties die de top kritisch volgden. Op donderdag toen het eerste conceptvoorstel geen concreet bedrag noemde, maar enkel de letter 'X' liet zien op de plek waar een geldbedrag moest komen, leidde dat tot een vloed aan boze reacties.

Op de staafdiagram hieronder is te zien dat het eerdere doel van 100 miljard dollar pas in 2022 voor het eerst gehaald werd. Dat had volgens afspraken al in 2020 moeten gebeuren.

Het volgende voorstel voor 250 miljard dollar aan klimaatsteun veroorzaakte zo mogelijk nog meer tumult. Dat was tegen het zere been van met name de arme landen. "Een klap in het gezicht van ontwikkelingslanden", noemde klimaatfinancieringsexpert Pieter Pauw het in gesprek met de NOS.

Afrikaanse onderhandelaars noemden de tekst "onacceptabel en inadequaat". "Het voelt alsof de ontwikkelde landen de planeet willen zien branden", haalde klimaatgezant Gomez van Panama uit naar de rijke landen.

Opluchting

Vanuit de rijke landen klonk ook kritiek, al was die minder fel dan de frustratie en woede van ontwikkelingslanden. Minister Hermans van Klimaat en Groene Groei zag weliswaar verbetering vergeleken met het eerste voorstel, maar vond dat er nog veel werk nodig was.

Het akkoord zal ditmaal een extra grote opluchting zijn voor de onderhandelaars. De verkiezing van Trump was al een tegenslag voor de internationale aanpak van klimaatverandering. Dit resultaat lijkt genoeg om de klimaatdiplomatie op gang te houden.

Volgend jaar vindt de klimaattop plaats in het Braziliaanse Belem. Daar zullen landen gaan praten over het opschroeven van hun ambities. Uiterlijk in februari presenteren landen hun plannen voor de aanpak van klimaatverandering tot 2035.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl