Voor het eerst sinds het kabinet zijn klimaatplannen laat doorrekenen, ligt het op koers om de klimaatdoelen te halen, maar dan moet wel alles meezitten. Dat is de voorzichtig positieve conclusie van de jaarlijkse Klimaat- en Energieverkenning van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) in samenwerking met onder meer TNO, het CBS en het RIVM.
Het demissionaire kabinet wil dat er in 2030 55 procent minder broeikasgassen worden uitgestoten ten opzichte van 1990. Al het geplande en voorgenomen klimaatbeleid moet 46 tot 57 procent minder uitstoot tot gevolg hebben in 2030. Het klimaatdoel ligt dus binnen bereik. Wel met een flinke marge, want het is nog veel werk om het doel ook echt te halen. "Het zijn nu nog plannen en de kunst is die van papier in de praktijk te brengen", zegt PBL-onderzoeker Jaco Stremler.
Vorig jaar was de conclusie van de rapportage dat ondanks een ambitieus klimaatbeleid het nog niet genoeg is. Dit voorjaar kwam het kabinet met 120 extra maatregelen die bij elkaar opgeteld tot 22 megaton extra uitstootreductie moeten leiden. Een deel van die maatregelen is nu meegenomen in de berekening en dat leidt er met aangescherpte Europese regelgeving toe dat het klimaatdoel binnen bereik komt.
Mobiliteit en woningen
Vooral maatregelen op het gebied van mobiliteit en de verduurzaming van woningen en gebouwen zetten zoden aan de dijk, stelt het PBL. De onderzoekers noemen onder meer de norm voor het bijmengen van biobrandstoffen en de verplichting voor hybride warmtepompen vanaf 2026 als voorbeeld. "Maar ook de maatwerkafspraken met de industrie en het uitfaseren van slecht geïsoleerde huurwoningen; het is een heel gevarieerd pakket."
Niet binnen alle sectoren zijn er genoeg plannen om de klimaatdoelen in zicht te brengen. Onder meer de landbouw blijft achter. Volgens het PBL komt dat deels omdat de plannen uit het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) nog niet in de berekeningen konden worden meegenomen.
Dat zijn plannen van de provincies om hun natuur-, stikstof-, water- en klimaatdoelen te halen. De deadline ervoor was 1 juli, te laat voor het PBL om ze dit jaar nog mee te nemen. Het kabinet hoopt daarmee minstens zo'n 4 megaton uitstoot te kunnen reduceren.
Het NPLG is ook van belang voor het halen van het Nederlandse methaandoel voor 2030: 30 procent minder uitstoot van dit sterke broeikasgas dan in 2020. Op dit moment ligt het kabinet op koers om 17 tot 25 procent minder methaanuitstoot te realiseren.
Volle stroomnet is knelpunt
De onderzoekers benadrukken dat alle plannen op tijd uitgewerkt en geïmplementeerd moeten worden, wil het doel in zicht blijven. "En je hebt niet overal invloed op", zegt onderzoeker Stremler. "Het weer bijvoorbeeld. Het maakt nogal veel uit hoeveel zon en wind er is. Dat kan zo een aantal megaton schelen."
Ook verkiezingen en een lange formatie kunnen roet in het eten gooien. Wat als het nieuwe kabinet al die klimaatplannen niet ziet zitten? Volgens Stremler is er niet veel speelruimte. "Het klimaatdoel van 55 procent uitstootreductie in 2030 staat in de Klimaatwet. Daar moet ook een volgend kabinet zich aan houden."
Een "onmiskenbaar knelpunt" is volgens de onderzoekers het volle stroomnet. Met alle verduurzamingsplannen van bedrijven en door elektrische auto's in het verkeer zou het elektriciteitsverbruik in 2030 naar 159 terawattuur per jaar stijgen. Dat is ruim 10 procent hoger dan in de vorige raming.
Volgens het PBL is het twijfelachtig of ons stroomnet op tijd kan worden uitgebreid. Om de plannen te kunnen uitvoeren zijn onder meer snellere vergunningsprocedures en voldoende geschoold personeel nodig.
Ondanks alle hobbels en slagen om de arm vindt onderzoeker Stremler het positief dat er zo veel klimaatplannen op tafel liggen, ook al moeten die nog in de praktijk worden gebracht. Hij kijkt ook alweer naar de volgende horizon: "Het is mooi als die 55 procent in 2030 wordt gehaald, maar daarmee is het klimaatprobleem nog niet opgelost. Ook voor de lange termijn is er nog heel veel te doen."