Verdriet bij volleybalsters na mislopen Tokio: 'We waren bange schaapjes'
Betraande ogen, de hoofden neergebogen. De Nederlandse volleybalsters gaan niet naar de Spelen van Tokio, nadat Duitsland in Apeldoorn te sterk was in de halve finales van het olympisch kwalificatietoernooi.
"We hadden één doel. En dat was het ticket naar Tokio", treurt Floortje Meijners, de routinier die terugkeerde vlak voor het toernooi om met Oranje alsnog de Spelen te halen. "Nu komt het heel hard aan. Het is in één keer weg. Dit is even slikken."
Alleen de winnaar van het OKT plaatst zich voor Tokio. Die strijd gaat tussen Duitsland en de winnaar van het duel tussen Polen en Turkije.
Robin de Kruijf was hard in haar analyse, direct na het duel (3-0). "In die derde set begonnen we als bange schaapjes. We lieten het allemaal gebeuren. Zo moet je niet zo'n wedstrijd spelen, waarin je je laatste mogelijkheid moet pakken om te kwalificeren voor de Spelen."
Ze denkt dat de tweede set het kantelpunt was. "Ik weet nog steeds niet wat daar is gebeurd." Het team van bondscoach Giovanni Caprara, die welgeteld twee weken de tijd had om de vrouwen klaar te stomen voor het toernooi, stond daarin met zes punten voor.
De Kruijf: "Psychologisch gaat dat meespelen, dat we toch die set verliezen. Dat zorgde ervoor dat we die derde set met een domper begonnen."
Een emotionele Maret Balkestein-Grothues constateerde dat de nederlaag terecht was. "Wat kunnen we zeggen? Duitsland was op alle fronten beter vandaag. Waar het aan lag weet ik niet. Het was meer vechtvolleybal vandaag, we kwamen tekort."
Afscheid Balkestein-Grothues?
"Ik acht de kans zeer klein dat ik in 2024 in Parijs sta. Zaalvolleybal gaat 'm in elk geval niet worden. Of dit gelijk een afscheid is, weet ik niet. "
Over afscheid gesproken; wat is de toekomst van de nieuwbakken bondscoach Caprara? "Dat weet ik niet", aldus de Italiaan kort na de wedstrijd. Hij zag zijn team in elk geval tekortkomen op een aantal punten.
"In de eerste set maakte het defensieve blok fouten. In de laatste set kregen we vier kansen om toe te slaan, maar dat ging telkens fout. Ik zag niet de juiste instelling bij de speelsters", concludeerde hij uiteindelijk.
Caprara: 'Zo goed ken ik ze niet'
"Hoe dat komt? Dat weet ik niet, want zo goed ken ik ze niet. Ik heb er alles aan gedaan. Maar Duitsland speelde ongelooflijk goed. Wij speelden niet zo heel slecht hoor, het ging alleen verdedigend niet goed."
Of Caprara wel genoeg tijd had om het team klaar te stomen, is de vraag. Technisch directeur Joop Alberda: "Ja. Iedereen moest er mee dealen. We hebben te veel eigen fouten gemaakt."
Een directe verklaring heeft Alberda niet. "Dat is te snel na de wedstrijd. Dat ligt in eerste instantie bij de speelsters en bij Caprara. Waar je ziet dat wij een aantal kansen krijgen, zie je dat wij die allemaal weggeven. En dat werd afgestraft."
Alberda zegt trots te zijn op de ploeg maar dat hij ontzettend teleurgesteld is. Over de toekomst van Caprara zegt hij dit: "Er is een goede klik. Caprara zit voor 99,9 procent op dezelfde lijn als ik. Van mij mag hij blijven. Maar we moeten van beide kanten overleggen. We moeten even kijken hoe de speelsters erin staan en dan nemen we een besluit."
Caprara nam het stokje in november pas over van Jamie Morrison, die vertrok na de teleurstellende prestatie op het EK van vorig jaar (exit in de kwartfinales) en de kansloze nederlaag tegen Italië in de finale van het eerste OKT.
Onder Caprara veranderde het een en ander. Laura Dijkema werd de vaste spelverdeler en de teruggekeerde Floortje Meijners kon direct op een basisplaats rekenen.
Focus op de aanval
Met een focus op de aanval ( "het idee is om met de langste buitenaanvalsters te spelen") begon Oranje aan het OKT. Dat betekende dat de rol van Balkestein-Grothues veranderde; zij werd in het achterveld opgesteld.
Alle veranderingen zorgden niet voor een gebrek aan vertrouwen bij Balkestein-Grothues vlak voor het toernooi. "Zoals ik het nu kan inschatten, zijn Polen en Turkije de grootste concurrenten. Maar wij zijn de favoriet", zegt ze na enig aandringen.
Nederland, de nummer zes van de wereldranglijst, maakte die status waar in de eerste twee groepswedstrijden; er waren klinkende zeges op Azerbeidzjaan en Bulgarije. Tegen Polen ging het echter mis en dat betekende dat Duitsland, vijftiende op de meest recente wereldranglijst, de tegenstander werd in de halve eindstrijd.
