Lyles overtuigend naar eerste wereldtitel op 200 meter
Twee jaar geleden zat hij tandenknarsend voor de televisie in Florida naar de WK-finale van de 200 meter te kijken. Noah Lyles had zelf als jonge sprinter een hoofdrol wil spelen in Londen, maar zag door een hamstringblessure de Turk Ramil Goelijev het goud pakken in 20,09, de langzaamste tijd van een WK-winnaar sinds 2003.
In Doha zette de 22-jarige Amerikaan dat recht. Lyles veroverde de wereldtitel in 19,83 seconden, een tijd die gezien de verwachtingen toch iets tegenviel. Zijn versnelling op het rechte eind was niettemin iedereen te machtig. De Canadees Andre de Grasse pakte zilver in 19,95, brons ging naar Alex Quiñónez uit Ecuador met een tijd van 19,98.
Lyles is van plan de nieuwe sprintsensatie te worden, maar kom bij hem niet aan met de vraag of hij de nieuwe Usain Bolt is. De Amerikaan, in zijn jeugdjaren turner, is niet echt gecharmeerd van een vergelijking met de Jamaicaanse superster, die tussen 2008 en 2017 de sprintwereld op zijn kop zette met zijn waanzinnige tijden en zijn grappen en grollen.
Lyles is Lyles, zo zei hij op weg naar Doha. Een atleet die ook buiten de atletiek de aandacht weet te trekken als rapper en wel van een showtje houdt. Zijn sprinttalent onderstreepte hij in juli in Lausanne nog maar eens door de 200 meter in 19,50 seconden af te leggen.
Drie man sneller
Slechts drie man waren ooit sneller dan de Amerikaan: wereldrecordhouder Usain Bolt (19,19), diens landgenoot Yohan Blake (19,26) en voormalig wereldrecordhouder Michael Johnson (19,32).
Met Bolt is hij de enige atleet die er in één seizoen in slaagde op de 200 meter vier keer onder de 19,7 seconden te lopen. En er zit nog voldoende progressie in, hield hij iedereen in juli al voor. In Doha stond echter de titel centraal, niet een nieuwe toptijd.
De Amerikaan Donavan Brazier veroverde de wereldtitel op de 800 meter. De 22-jarige atleet was met 1.42,34 goed voor de negende tijd ooit gelopen en de snelste race in een WK-finale ooit.
Wesley Vázquez uit Puerto Rico startte razendsnel en sloeg een gat. Alleen Brazier durfde in zijn spoor mee te gaan. Vázquez betaalde de tol voor zijn enorme aanvangstempo en viel ver terug.
Brazier liep uit Vázquez' rug soeverein naar het goud, voor de Bosniër Amel Tuka (WK-brons in 2015) en de Keniaan Ferguson Rotich (vierde in 2015, vijfde op de Spelen).
Sam Kendricks bezorgde de Amerikaanse atletiekploeg het derde goud op dinsdagavond. Hij prolongeerde zijn wereldtitel bij het polsstokhoogspringen in een fascinerend gevecht met de Zweed Armand Duplantis, die vorig jaar als 18-jarige de Europese titel greep.
Kendricks en Duplantis gingen allebei over 5,97 meter, maar Kendricks had over de hele wedstrijd minder spongen nodig. Beiden probeerden nog 6,02 te bedwingen, maar zagen beiden die poging mislukken. Brons was voor de Pool Piotr Lisek (5,87). Olympisch kampioen Thiago Braz uit Brazilië eindigde slechts als vijfde.
Australische verrassing
Bij het speerwerpen zorgde de Australische Kelsey-Lee Barber (28) voor een sensatie door het goud binnen te halen met een afstand van 66,56 meter in haar zesde en laatste poging. Het is het eerste goud voor Australië in deze discipline. Barber won nooit eerder een medaille op een mondiaal toernooi.
Barber troefde twee Chinese speerwerpsters af: Shiying Liu (65,88) en Huihui Lyu (65,49) moesten het doen met zilver en brons. Luy veroverde al zilver in 2015 en brons in 2017.