Massagraven geopend in kamp Amersfoort
Een witte zandhelling in de felle zomerzon, een lange rij doodskisten en een groepje mannen gekleed in overalls en met handschoenen aan. In kamp Amersfoort zijn inmiddels elf massagraven gevonden, mede op aanwijzing van de beruchte Duitse kampcommandant Karl Peter Berg. Het eerste massagraf werd precies een maand geleden geopend.
De lijken worden een voor een opgegraven en gekist. Artsen verrichten sectie en proberen de precieze doodsoorzaken te achterhalen. Politiedeskundige Van Ledden Hulsebosch assisteert bij dit onderzoek en houdt zich, net als bij de opgravingen in Zandvoort van vorige maand, bezig met het vaststellen van de identiteiten van de opgegraven personen.
Wreed en chaotisch
Naar schatting hebben in dit kamp zo'n 45.000 mensen gevangen gezeten. Het gros van de gevangenen in kamp Amersfoort - officieel het Polizeiliches Durchgangslager Amersfoort genoemd - werd hier enkel ondergebracht voor hun deportatie naar Duitsland. Tijdens de oorlog werden hier waarschijnlijk rond de 20.000 gevangenen op transport gezet.
Ook deed het kamp dienst als werkkamp. Door de afgelegen ligging en gebrekkige controle groeide kamp Amersfoort uit tot een wrede, wanordelijke gemeenschap. Verwaarlozing, mishandeling, honger en moord maakten deel uit van het leven van alledag.
In kamp Amersfoort werden Joden, politiek gevangenen, Jehova's getuigen en homoseksuelen vastgezet. Naast deze groepen werden in het kamp ook gijzelaars vastgehouden, zogenaamde Todeskandidaten. Deze gevangenen konden worden gefusilleerd als represaille voor acties van het verzet.
Hoeveel mensen in kamp Amersfoort zijn omgekomen, is nog onduidelijk. Er wordt geschat dat dit er in ieder geval meer dan achthonderd zijn.
Onder hen zijn de 49 slachtoffers die op 22 juni gevonden werden in een van de massagraven. Zij kwamen om bij een van de massa-executies die in dit kamp plaats hebben gevonden. Op 8 maart 1945 werden ze gefusilleerd, ter vergelding voor de aanslag op Hanns Albin Rauter, waarbij de SS-leider zwaargewond raakte.
Dit massagraf bevond zich aan het eind van een schietbaan op het kampterrein. Tijdens hun verblijf in het kamp werden gevangenen gedwongen de 350 meter lange baan te graven. Deze werd door de Duitsers in gebruik genomen voor schietoefeningen, maar ook voor het uitvoeren van doodvonnissen.
De Rozentuin
Midden op het terrein van het kamp bevond zich een strafplaats. Een kooi van prikkeldraad waar gevangenen soms urenlang stil moesten staan, naar willekeur van de Duitsers. De gevangenen noemden deze plek 'de rozentuin'.
Jaap van Mesdag was 20 jaar toen hij in 1942 in kamp Amersfoort gevangen gezet werd. "Daar moest je dan staan met 20 tot 30 man. Dat was een zware straf als je al de hele dag gewerkt had. Zeker in de vrieskou. We gingen helemaal tegen elkaar aan staan, dan hadden we een beetje warmte. Wel koude voeten", herinnert Van Mesdag zich. "Het was hartstikke koud, niemand die het zag. Maar je moest er doorheen, je zat vast."
Repatriërings- en bewaringskamp
Het kamp staat sinds de bevrijding onder toezicht van het Militair Gezag. Dat heeft het dagelijks bestuur van de bevrijde gebieden op zich genomen namens de Nederlandse regering, totdat de gebieden officieel worden overgedragen aan de regering.
Momenteel verblijven degenen die nog te zwak of ziek zijn om naar huis te gaan nog in het kamp. Naast ex-gevangenen worden hier ook terugkerende gevangen uit diverse kampen in Duitsland ondergebracht. Sinds april 1945 is het Rode Kruis werkzaam in het kamp. Onder leiding van Loes van Overeem worden de zieken en gewonden verpleegd.
Ook doet het kamp sinds mei 1945 dienst als bewarings- en interneringskamp voor personen die van collaboratie verdacht worden. Momenteel worden hier NSB'ers, Jodenjagers, Oostfrontstrijders, liefjes van Duitse soldaten en de beulen van kamp Amersfoort vastgehouden.