Boko Haram doodde 2000 burgers

Steeds meer burgers worden slachtoffer van het geweld van terreurgroep Boko Haram in Nigeria. In de afgelopen zes maanden zijn meer dan 2000 burgers omgekomen bij gerichte aanslagen.

Dat meldt Human Rights Watch vandaag in een rapport. Volgens de organisatie kan het geweld gezien worden als een misdaad tegen de menselijkheid.

Veldonderzoek

De meeste slachtoffers vielen bij grootschalige aanvallen op burgers in steden en dorpen in het noordoosten van Nigeria en in de hoofdstad Abuja. Volgens Human Rights Watch lijkt het erop dat Boko Haram ook in het zuiden steeds vaker geweld gebruikt.

De mensenrechtenorganisatie baseert haar conclusies op mediaberichten en veldonderzoek in Nigeria. Volgens het onderzoek steeg het aantal doden in de eerste helft van 2014 explosief. De meeste mensen kwamen om bij ontploffingen op drukke markten, een bordeel, een technische universiteit en bij voetbalwedstrijden.

Burgerslachtoffers

Sinds 2009 voert de islamitische terreurgroep een gewelddadige strijd tegen de Nigeriaanse overheid. Boko Haram is uit op het omverwerpen van de regering en het stichten van een islamitische staat, gebaseerd op de sharia.

"Boko Haram voert een actieve oorlog tegen burgers in het noordoosten van Nigeria", zegt Corinne Dufka, directeur van Human Rights Watch West-Afrika.

In mei vorig jaar kondigde de overheid de noodtoestand af voor de noordelijke staten. Sindsdien is het geweld alleen maar toegenomen. In de staat Borno, de thuisbasis van de terreurgroep, vielen volgens de mensenrechtenorganisatie dit jaar 1446 dodelijke slachtoffers.

Boko Haram is volgens de Human Rights Watch een goed georganiseerde beweging. Strijders beschikken over trucks, motoren en zware wapens.

Ontvoerde meisjes

Het doden van burgers is niet de enige methode van Boko Haram. De terreurgroep kwam in april wereldwijd in het nieuws toen leden 276 meisjes ontvoerden bij een school in de stad Chibok. Enkele tientallen meisjes wisten te ontsnappen, maar 219 van hen worden nog vastgehouden. Gisteren riep de Pakistaanse Malala Boko Harma op de meisjes vrij te laten.

In Nigeria groeit de bezorgdheid over het islamitische extremisme. Meer dan 80 procent van de Nigerianen maakt zich grote zorgen over de aanslagen en ontvoeringen van Boko Haram, meldde het Amerikaanse Pew Research Center eerder deze maand op basis van eigen onderzoek.