Waarom verkoopt KPN E-Plus?
Door redacteur economie André Meinema
Het lijkt soms een pendelbeweging. Bedrijven willen groeien, zoeken expansie en willen nieuwe en veelbelovende markten betreden. Een paar jaar later besluiten ondernemingen om allerlei redenen om weer terug te keren naar een paar kernactiviteiten.
Groot is goed, maar klein is ook fijn. Dat is de wijze les voor KPN, dat vandaag bekendmaakte zijn Duitse mobiele dochter E-Plus te verkopen.
Om erachter te komen waarom KPN E-Plus verkoopt, moet we teruggaan naar eind jaren 90. De telecomwereld verandert in rap tempo met de doorbraak van internet, e-mail en het mobieltje. De internethype verleidt KPN tot avonturen die veel geld kosten. Er wordt van alles gekocht en er ontstaan samenwerkingsverbanden met bedrijven als Getronics, Qwest, Hutchison, DoCoMo en E-Plus.
Niet snurken
Het is een tijd van grote bedragen. "We liggen niet op het strand te snurken" zegt KPN-topman Wim Dik. In 1999 neemt KPN voor 41 miljard gulden (omgerekend 18,5 miljard euro) het Duitse E-Plus over van het Amerikaanse Bell South.
In 2001 spat de internetzeepbel. KPN dreigt ten onder te gaan met een schuld van 23 miljard euro. In de jaren daarna wordt er flink gereorganiseerd en geherstructureerd.
Maar markten en klanten blijven in beweging. De vaste telefoonlijn kwijnt weg als betrouwbare en makkelijke winstleverancier. De opkomst van de smartphone, digitale tv en glasvezel leiden tot nog meer en snellere veranderingen.
Opboksen
Klanten gaan en masse minder bellen of sms'en en meer appen. Consumenten switchen om de haverklap van provider. KPN moet niet alleen opboksen tegen telecomaanbieders maar tegen ook kabelbedrijven als Ziggo en UPC. Het draait niet alleen om telefonie, maar ook om internet en tv.
De aandelenkoers zakt verder weg. Begin 2011 was een aandeel KPN nog 7,50 euro waard, gisteren nog maar 1,55 euro. Om toch aan geld te komen besloot KPN voor 4 miljard euro nieuwe aandelen uit te geven. Morrend gingen aandeelhouders akkoord.
In de voorbije jaren is E-Plus uitgegroeid tot de op twee na grootste mobiele netwerkaanbieder in Duitsland, met 15 miljoen klanten. Het is het winstgevendste dochterbedrijf van KPN.
Winstmachine
KPN wil de Duitse winstmachine verkopen, om meer geld beschikbaar te krijgen. Vorig jaar lukte dat niet, dit keer wel en tegen een prijs die zelfs hoger ligt dan vorig jaar.
Het geld kan KPN goed gebruiken. KPN torst nog altijd schuld mee uit het verleden, tobt met de teruglopende inkomsten bij vaste telefonie en met de heftige concurrentie. Bovendien wordt zwaar geïnvesteerd in het nieuw snellere internetnetwerk 4G.
Meeprofiteren van Duitse markt
Met de verkoop van E-Plus stoot KPN een kwart van zijn omzet en winst af, maar blijft indirect wel meeprofiteren van de Duitse mobiele telefoniemarkt, als onderdeel van de deal. Dankzij een belang van 17,6 procent in de aandelen van Telefónica Deutschland, waar mobiele dochter O2 en E-Plus samen in worden ondergebracht.
Bovenop de 4 miljard euro uit de claimemissie krijgt KPN met de verkoop van E-Plus nog eens 5,5 miljard euro in handen. Dat is veel geld. Het bedrijf heeft dan ook ambitieuze investeringsplannen. De komende twee jaar wordt voor 7 miljard euro in telecom, glasvezel en 4G gestoken.
KPN wil zich concentreren op de Nederlandse en Belgische thuismarkten. Andere buitenlandse markten hoeven niet zo nodig meer.
Stokje
Alleen Brussel kan er nog een stokje voor steken. De combi E-Plus en O2 worden in één klap marktleider in Duitsland. De concurrentie op die markt wordt een stuk minder en de vraag is of de Europese Commissie daarmee akkoord gaat. Een besluit daarover kan nog wel maanden op zich laten wachten.
Hoe erg zou het zijn als de deal niet doorgaat? Dan valt KPN weer terug op het huidige scenario. Er is met de claimemissie 4 miljard euro opgehaald, dus het bedrijf kan vooruit, maar niet zo snel en krachtig als het graag zou willen. De concurrenten zullen er in elk geval niet rouwig om zijn als Brussel KPN in de wielen rijdt.