Bijna iedereen minder koopkracht

Bijna iedereen heeft dit jaar minder te besteden dan in 2012. Dat blijkt uit de definitieve koopkrachtberekeningen van budgetinstituut Nibud. Het is het vierde jaar op rij dat de koopkracht daalt.

Vooral (vervroegd) gepensioneerden en ouders met kinderen in de kinderopvang gaan er fors op achteruit (.pdf). De koopkrachtdaling kan oplopen tot 7,7 procent, maar blijft voor de meeste groepen beperkt tot zo'n 2 procent of minder.

Het Nibud waarschuwt dat mensen niet te vroeg moeten juichen als ze hun eerste loonstrookje van het jaar krijgen. Veel mensen gaan er in nettoloon op vooruit, maar van dat geld is minder te kopen dan vorig jaar. De inflatie is namelijk hoger dan de stijging van de lonen. Ook is het eigen risico in de zorg verhoogd van 220 naar 350 euro.

Zorgkosten

AOW'ers met een aanvullend pensioen zien hun koopkracht flink dalen. Pensioenen worden gekort en de zorgtoeslag bij een hoger inkomen wordt versneld afgebouwd. Mensen met een vroegpensioen gaan er nog meer op achteruit. Dat komt doordat zij niet kunnen profiteren van allerlei regelingen die wel gelden voor AOW'ers, zoals de verhoging van de ouderenkorting.

Het Nibud is bezorgd over de financiële situatie van bijstandsgerechtigden. Ook voor hen daalt de koopkracht voor het vierde jaar op rij en daardoor kan het lastig worden om nog op zaken te bezuinigen.

Iedereen zou geld opzij moeten leggen voor zorgkosten, zegt het Nibud, omdat het eigen risico nu 350 euro is. Twintig procent van de huishoudens heeft geen spaargeld en kan daardoor in problemen komen door het hogere eigen risico.