OM knoeit in drugszaak, verdachten in hoger beroep vrijuit
Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft het Openbaar Ministerie (OM) in een grote drugszaak niet-ontvankelijk verklaard. Dat betekent dat de vijf verdachten in deze zaak vrijuitgaan. Zij hebben door toedoen van het OM geen eerlijk proces gehad.
De verdachten zouden lid zijn geweest van een drugsbende uit Meppel die zich tussen 2013 en 2015 bezighield met drugshandel (cocaïne en synthetische drugs) en witwassen. Ook zouden ze verboden wapens en munitie in bezit hebben gehad.
De rechtbank in Assen veroordeelde de hoofdverdachte in 2017 tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van acht jaar. Andere verdachten kregen gevangenisstraffen van tien maanden tot drie jaar.
Verklaring medeverdachte
De vonnissen van de rechtbank waren voor een belangrijke deel gebaseerd op de tientallen verklaringen van een van de verdachten, de tweede man van de bende.
Hij "heeft openlijk verklaard over de activiteiten van de criminele organisatie en daarmee in belangrijke mate bijgedragen aan het succesvol afronden van het strafrechtelijk onderzoek", zei de rechtbank in Assen destijds. Het hoger beroep bij het gerechtshof in Leeuwarden ging voornamelijk over de totstandkoming van deze verklaringen.
Tijdens de behandeling kwam geleidelijk aan het licht dat de officier van justitie die het onderzoek leidde deze verdachte verbetering had beloofd van de omstandigheden waaronder hij in voorarrest zat. Het hof oordeelt dat dit van invloed is geweest op de bereidheid van de verdachte om over zichzelf en de anderen belastende verklaringen af te leggen. Mogelijk heeft het ook de inhoud van die verklaringen beïnvloed.
De afspraak met het OM werd vastgelegd in een proces-verbaal, maar dat is uit het dossier verdwenen. Het hof heeft vastgesteld dat het OM in ieder geval één proces-verbaal een nieuw nummer heeft gegeven, om te voorkomen dat aan het licht kwam dat in het dossier een proces-verbaal ontbrak. "Het Openbaar Ministerie heeft door dit handelen de waarheidsvinding gefrustreerd", aldus het hof.
Zwijgen
In een later stadium heeft het OM de verdachte voorgehouden dat hij mogelijk een lagere straf zou krijgen als hij zou blijven meewerken. Ook werd hem een verbetering beloofd van de omstandigheden waaronder de straf die hij zou krijgen, moest uitzitten. Voorwaarde was wel dat hij zou zwijgen over de afspraken die het OM met hem had gemaakt.
Het OM heeft de verdediging van de andere verdachten niet verteld hoe deze verklaringen tot stand zijn gekomen. Wettelijke voorschriften voor het maken van afspraken met criminelen, zijn daardoor omzeild, zegt het hof.
Geen eerlijk proces
De verdachte om wie het gaat kreeg bij de rechtbank een onvoorwaardelijk gevangenisstraf van drie jaar. De straf zou hoger zijn uitgevallen als hij niet zo goed had meegewerkt aan het onderzoek. Ook speelde mee dat hij ernstig werd bedreigd, waardoor hij zijn straf onder zeer zware omstandigheden zou moeten uitzitten.
Het hof vindt dat het OM niet heeft voldaan aan zijn plicht om een bijdrage te leveren aan een eerlijk proces. Een eerlijk proces is een fundamenteel recht, zegt het hof, en daar is geen sprake van geweest.
Het OM zei tegen persbureau ANP dat het de "stevige bewoordingen van het hof" heeft gehoord en dat het de arresten gaat bestuderen."