Stanley Rensch in 1992
NOS Nieuws

Mensenrechtenactivist Stanley Rensch (84) overleden

De Surinaamse mensenrechtenactivist Stanley Rensch is gisteren op 84-jarige leeftijd overleden. Dat meldt de nieuwswebsite Waterkant. Rensch stond samen met schrijver Theo Para bekend als 'het geweten van Suriname' omdat hij zich inzette voor mensenrechten van Surinamers.

Hij werd geboren in 1940 in een groep die bij de Marrons hoort. De Marrons zijn mensen die afstammen van tot slaaf gemaakten, die op de vlucht sloegen naar de binnenlanden van Suriname.

Rensch studeerde pedagogiek in Utrecht, waar hij zijn Nederlandse vrouw ontmoette. Na zijn studie keerde Rensch in 1973 terug naar Suriname om daar te gaan werken op het ministerie van Onderwijs. Hij wilde het onderwijssysteem helpen verbeteren voordat het land (in 1975) onafhankelijk werd.

Na de staatsgreep in 1980 en de Decembermoorden in 1982, waarbij 15 kritische Surinamers werden gemarteld en vermoord, begon Rensch zich uit te spreken tegen het militaire regime van Desi Bouterse.

Moiwana '86

In 1986 werden in het dorp Moiwana tijdens de Binnenlandse Oorlog minstens 39 Marrons, onder wie vrouwen en kinderen, vermoord. In reactie op de moorden richtte Rensch de mensenrechtenorganisatie Moiwana '86 op, waarmee hij en vele vrijwilligers burgers hielpen die problemen hadden met schendingen van mensenrechten.

De mensenrechtenactivist werd vanwege zijn werk voor Moiwana '86 regelmatig geïntimideerd door het regime. Hij maakte in januari 1988 bekend dat vlak daarvoor, op oudejaarsdag, zes Marrons waren vermoord. Nadat hij dit wereldkundig maakte, werd hij opgepakt en urenlang verhoord.

Vanwege de bedreigingen en intimidaties van het regime woonde de mensenrechtenactivist af en aan in Suriname en in Nederland. In 1989 werd zijn huis, waar ook het kantoor van Moiwana '86 was gevestigd, beschoten. Hij raakte bij de aanval lichtgewond en enkele dagen na de beschieting werd hij door het Surinaamse leger beschuldigd van een overval. Uit angst voor arrestatie, vluchtte hij met enkele medewerkers naar Nederland.

In 1990 keerde Rensch terug naar Suriname, waar hij na het vredesakkoord van Kourou onderzoek bleef doen naar de moorden in Moiwana. Ook startte hij verschillende sociale projecten in de binnenlanden van Suriname en nam hij het op voor de binnenlandse bevolking.

Vanwege zijn gezondheid stopte Rensch halverwege de jaren 90 als directeur van Moiwana '86. Mede dankzij zijn inspanningen zijn de moorden in Moiwana internationaal erkend als een ernstige mensenrechtenschending.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl