Celstraf geëist tegen psycholoog om handel in antibraakmiddel
Het Openbaar Ministerie eist een jaar cel, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, tegen psycholoog Wim van Dijk vanwege het herhaaldelijk overtreden van de Geneesmiddelenwet. In de rechtbank in Den Bosch betoogde Van Dijk (80) dat hij juist heeft gehandeld bij het verstrekken van antibraakmiddel aan ten minste 200 mensen.
Hij leverde het antibraakmedicijn mee met zelfdodingspoeder 'Middel X', zodat dat middel na toediening in het lichaam zou blijven. Toch gaat de zaak niet over hulp bij zelfdoding, omdat niet kan worden vastgesteld of Van Dijk direct betrokken is geweest bij sterfgevallen. Het OM wil dat hij wordt gestraft omdat Van Dijk willens en wetens zonder vergunning handelde.
Zelf bepalen
Van Dijk, voorzitter van Stichting Levenseinderegie, is voor een grondige herziening van de euthanasiewet en het recht op zelfbeschikking. Daarvoor begon hij te pleiten na de dood van zijn vrouw, die leed aan dementie en in een gesloten afdeling van een verpleeghuis verbleef. Haar overlijden ging volgens hem gepaard met onnodig veel lijden.
Daarop begon hij met de handel in antibraakmiddel en Middel X. Hij kocht het bij de veroordeelde Alex S. in. Belangstellenden konden via zijn website met hem in contact komen. Na een gesprek besloot hij of hij de middelen wilde verkopen. Naar eigen zeggen heeft hij daar in twee gevallen van afgezien omdat hem niet duidelijk was voor wie deze waren bestemd. Hij spreekt zelf van "burgerlijke ongehoorzaamheid".
Het OM blijft erbij dat Van Dijk de wet heeft overtreden en eraan heeft bijgedragen dat mensen een einde hebben aan hun leven hebben gemaakt. Ook vindt justitie dat Van Dijk gewiekst handelde door geen boekhouding bij te houden en alleen contante betalingen te accepteren.
In oktober uitspraak
Volgens zijn advocaat handelde Van Dijk niet uit eigenbelang, maar vanuit medemenselijkheid. Zijn cliënt zou ervan overtuigd zijn dat hij anderen hielp. De advocaat verzocht de rechtbank om Van Dijk, in het geval van een veroordeling, schuldig te verklaren zonder oplegging van straf, en de discussie over zelfbeschikking bij het levenseinde over te laten aan het parlement.
Op 15 oktober doet de rechtbank in Den Bosch uitspraak.