Pogacar drie weken in het roze in de Giro? Dumoulin ziet het wel gebeuren

De Giro d'Italia wordt een eenmansshow, voorspelt Tom Dumoulin een dag voor de start van de ronde. "Ik verheug me er vooral op om Tadej Pogacar te zien schitteren. Er staat met hem eigenlijk maar één grote klassementstopper aan de start."

"Dat betekent ook meteen dat het voor de rest, een Geraint Thomas of Romain Bardet, heel moeilijk gaat worden", zegt Dumoulin, die de Giro in 2017 zelf won. "Als alles volgens de wielerwetten verloopt, dan belooft het niet echt een zware strijd om het klassement te worden."

Is de 25-jarige Sloveen dan echt niet te kloppen? "Nee, ik denk dat dat heel moeilijk wordt. Hij kan echt op elk terrein goed uit de voeten, bergop ga je hem uiteraard geen pijn doen. En in de tijdrit ook al niet. En een heuvelrit met een tricky finale, dat kan hij ook als de beste. Het is een alleskunner."

Dumoulin memoreert hoe Visma-Lease a Bike de afgelopen twee jaar in de Tour de France de strijd om het algemeen klassement won met Jonas Vingegaard. "Ze lieten zien dat ze Pogacar konden pakken met het slopende werk in het hooggebergte, door heel lang een zwaar tempo te rijden. En dan bleek Vingegaard steeds net wat beter. Maar ja, in deze Giro staat er geen Vingegaard aan de start."

Eddy Merckx

Ja, Dumoulin durft de stelling wel aan. Als Pogacars ploeggenoten bij UAE Team Emirates óók in goeden doen zijn, dan rijdt hij zo drie weken lang in het roze. Gianni Bugno was in 1990 de laatste die dat voor elkaar kreeg. Eddy Merckx deed het in 1973.

De eerste etappe begint zaterdag meteen met een zenuwachtige heuvelrit met vijf korte beklimmingen en een afdaling richting de finish in Turijn. En op zondag krijgt het peloton een koers voor de kiezen met een aankomst bergop, de klim van bijna 12 kilometer naar Oropa. Het is de vroegste aankomst bergop in de Giro sinds 1989.

"Ik denk dat het klassement dan al best gevormd is. De rode loper is uitgelegd voor Pogacar. Ik weet niet of hij het ziet zitten om daarna drie weken lang in het roze te rijden. Maar als 'm dat zou lukken, zou dat heel gaaf zijn. Dat zou nog eens winnen in stijl zijn."

Dat betekent niet dat het een saaie Giro wordt. "Het is een mooi afwisselend parcours." Zo komt de ronde in etappe 6 bij Siena over enkele witte gravelstroken. Een mini-Strade Bianche, de Italiaanse voorjaarskoers. De laatste 100 kilometer van die etappe is bovendien allesbehalve vlak.

Sleutelmoment in 2017

En voor de rit van komende zondag, die naar Oropa, zal Dumoulin zeker thuisblijven. De laatste winnaar op die klim? Tom Dumoulin zelf, in 2017, toen hij ook als eerste Nederlander de Giro d'Italia won.

"Ik stond die dag door de tijdrit al 2,5 minuut voor op de concurrentie, maar na die rit naar Oropa bleek ik ook een van de allersterksten bergop. Toen begon het zeker te leven. Godverdorie, ik kan hier gewoon de Giro winnen. Bij de concurrentie merkte je dat ook: hoe gaan we Tom nog pakken? Ik stond na Oropa echt op poleposition. Het was een sleutelmoment."

Hij verwacht dat Pogacar ook zal uithalen op de Oropa. "Ik ben wel benieuwd of-ie ook sneller gaat klimmen dan ik, haha. Maar in principe rijden ze nu alweer een stuk harder dan toen."

Qua bergetappes mist Dumoulin trouwens wel een iconische koninginnenrit. Ja, etappe 17 is vanaf de start klimmen geblazen, en ze houden niet meer op tot de finish op de Passo Brocon. "Dat is echt een lastige rit, er kan dan veel gebeuren. En in rit 20 gaan ze twee keer de Monte Grappa over." Maar échte iconische Italiaanse klimmen? Nee. "Geen Passo Pordoi. Geen Monte Zoncolan."

En geen Gavia: "Dat is toch wel mijn favoriete berg. Dat is gewoon schitterend. Het wordt een keer tijd dat ze die berg er weer in leggen."

Goed, genoeg geklommen. En het sprinten? Ploegleider Marc Reef van Visma-Lease a Bike telt in gesprek met de NOS liefst acht kansen op een overwinning voor zijn sprinterskopman Olav Kooij.

"Acht?", vraagt Dumoulin. "Nou, ikke niet hoor. Never ever. Bij lange na niet." Hij slaat even aan het tellen in het rondeboekje. Dan zegt hij: "Ik tel er maximaal zes, en dan vind ik dat ik nog ruim reken, haha."

Grote verrassing?

"Ik hoop wel dat de Nederlandse sprinters Kooij, Fabio Jakobsen en ook nog Danny van Poppel het goed gaan doen. Maar de concurrentie is wel pittig, met ook Kaden Groves, Tim Merlier, Caleb Ewan en Jonathan Milan."

Tot slot, wie wordt de grote verrassing deze Tour? "Thymen Arensman zou wel leuk zijn. Geraint Thomas is natuurlijk de nummer 1 bij Ineos, zeker na zijn tweede plek vorig jaar. Maar Thomas kennende zal hij, als Thymen beter blijkt, gewoon voor Thymen rijden. Daar is-ie eerlijk genoeg voor. Ik denk dat Thymen dan wel op het podium kan rijden."