Kabinet verlengt huidige NPO-concessie met twee jaar
Het demissionaire kabinet wil de vergunning (concessie) van de Nederlandse Publieke Omroep (NPO) met twee jaar verlengen. Bronnen in Den Haag bevestigen berichtgeving hierover van RTL. Het besluit is in lijn met een aanbeveling van het Adviescollege Publieke Omroep.
Dat adviescollege, onder leiding van oud-politicus Pieter van Geel, bracht in september een kritisch rapport uit. Daarin staat dat de publieke omroep flink op de schop moet, dat daarvoor van alles moet worden aangepast en dat daar de tijd voor moet worden genomen.
De huidige concessie loopt op 31 december 2026 af en dat is te kort dag om bijvoorbeeld de Mediawet aan te passen en een Autoriteit Publieke Media op te richten, stelt Van Geel in zijn rapport. Staatssecretaris Gräper van Cultuur lijkt dat over te nemen en stuurt hier binnenkort een brief over naar de Tweede Kamer.
'Zes omroepen'
Normaal gesproken dient de Nederlandse Publiek Omroep eens per vijf jaar een concessiebeleidsplan in. Daarin staat wat er de komende jaren op de publieke tv- en radiozenders te zien en te horen zal zijn. Het kabinet beoordeelt dat plan en geeft op basis daarvan al dan niet een vergunning af voor vijf jaar. Dat proces zal nu dus twee jaar vooruitgeschoven worden.
Het college-Van Geel adviseert onder meer dat de NPO nog maar uit maximaal zes ledenomroepen zou moeten bestaan. Dat zijn er nu elf: AVROTROS, BNNVARA, KRO-NCRV, MAX, Ongehoord Nederland, PowNed, EO, VPRO, HUMAN, WNL en Zwart. Daarnaast vallen de NOS en NTR onder de Nederlandse Publieke Omroep.
De nu formerende partijen willen de publieke omroep ook grondig hervormen. De PVV schreef in het verkiezingsprogramma dat de hele NPO moet worden afgeschaft, de andere drie partijen gaan minder ver. De VVD wil bezuinigen. Wat de NSC betreft verdwijnt er een televisienet. En de BBB spreekt over "het waarborgen van persvrijheid en het samenwerken van landelijke en regionale omroepen".