Visma-Lease a Bike gaat all-in voor Kuss, maar Pogacar is niet te stoppen in Catalonië

Tadej Pogacar heeft zijn suprematie in de Ronde van Catalonië opnieuw onderstreept. In de spectaculaire zesde etappe, bestempeld als de koninginnenrit, deed de Sloveen wat hij de hele week al doet.

Hij schudde al zijn belagers af op de voorlaatste van vijf beklimmingen en reed vervolgens 30 kilometer solo naar de finish. Mikel Landa was opnieuw de beste van de rest, verstevigde zijn tweede plaats in het klassement en gunde de tweede plek in de daguitslag aan metgezel Egan Bernal.

Eerder won Pogacar ook al de tweede en de derde etappe met dezelfde overmacht. Zijn voorsprong op Landa in het klassement is al 3.31. Bernal is nu derde op 4.56.

De Ronde van Catalonië eindigt zondag met de traditionele slotrit rond de Montjuïc in Barcelona.

Mollema opent het bal

Voor Marijn van den Berg was de Ronde van Catalonië al geslaagd met de sprintzege in de vierde etappe en de tweede plaats vrijdag. Met al het klimwerk in het slotweekend was er voor hem niet veel meer te winnen en dus pakte hij 's ochtends al zijn koffers.

Bauke Mollema was nog lang niet van plan bij de pakken neer te zitten en ging - niet voor het eerst - kort na de start al in de aanval. De routinier had ongetwijfeld gehoopt op een grote groep metgezellen, maar kreeg alleen steun van de Engelse klimmer Hugh Carthy.

Visma-Lease A Bike gaf het duo echter amper ruimte en nog voor de Coll de Pradell (15 kilometer klimmen met maximale stijgingspercentages van 18), het zwaarste obstakel van de dag op 75 kilometer van de streep, werd Mollema alweer ingelopen. Carthy spartelde nog even tegen, maar keek ook al snel in het gezicht van Robert Gesink.

Thuiswedstijd voor Kuss

Mede door de afschrikwekkende stijgingspercentages onder de top werd de Coll de Pradell nog nooit eerder in een rittenkoers opgenomen. In Andorra woonachtige renners weten precies hoe loodzwaar de klim is.

Zoals Sepp Kuss. De Amerikaanse Vuelta-winnaar is mateloos populair en werd voor de start verrast met een chocoladeversie van zichzelf.

Om de dominantie van Pogacar te doorbreken, moet je van heel goede huize komen. De Nederlandse formatie probeerde het in ieder geval door de koers zo zwaar mogelijk te maken.

Met name Steven Kruijswijk maakte een ijzersterke indruk op de zwaarste gedeelten van de klim. Toen Ineos het initiatief dreigde over te nemen, trok hij het tempo nog wat omhoog.

En toen hij Esteban Chaves - zijn concurrent in de Giro van 2016 waar de roze ambities van Kruijswijk eindigden in een sneeuwmuur - zag demarreren hengelde de Brabander hem ogenschijnlijk simpel weer binnen.

Tempo Kruijswijk kost eigen kopmannen de kop

Twee kilometer onder de top had Kruijswijk de voorste groep al uitgedund tot een man of twintig, maar dat ging ten koste van zijn eigen kopman Kuss. Onder de ogen van zijn eigen fanclub moest de Amerikaan lossen.

Op de steilste gedeelten (tot 19 procent) kon ook Cian Uijtdebroeks het tempo niet volgen. Hij kreeg hulp van Kruijswijk, maar moest ook dat wiel laten gaan.

Pogacar reed intussen op zijn gemak naar boven, met ploeggenoten João Almeida en Marc Soler nog in zijn buurt. Ook Movistar had drie renners (Eric Mas, Iván Sosa en Einer Rubio) bij de twaalf sterksten die als eerste over de top kwamen.

Mikel Landa (Soudal-QuickStep), Aleksandr Vlasov (Bora-hansgrohe), Chris Harper (Jayco-AlUla), Antonio Tiberi (Bahrain), Lenny Martinez (Groupama-FdJ) en Egan Bernal (Ineos) waren op zichzelf aangewezen.

Kuss en ook Wout Poels kwamen ruim een minuut later boven en moesten vrezen voor hun plek in de toptien van het klassement.

Aangekondigde aanval

Vervolgens was het wachten op het moment dat Pogacar zijn duivels weer zou ontbinden. Op 2,5 kilometer onder de top van de Collada de Sant Isidre (5 kilometer à 8,6 procent) was dat moment gekomen.

Zoals eerder deze ronde durfde alleen Landa te volgen, maar net als de vorige keren bleef de Bask bungelen tussen de uit beeld verdwijnende Sloveen en de achtervolgers.

Dit keer kreeg hij in de afdaling gezelschap van Bernal, die na zijn ongeluk steeds meer in de buurt begint te komen van de man die ooit de Tour en de Giro won.

In de straten van Queralt, ooit de thuisbasis van de vermaarde wielerploeg Kelme, wachtte de renners nog een pittig toetje met een steile slotklim van vijf kilometer.

Op die klim keek achtervolger Mas Landa en Bernal in de rug, maar hij kon het gat uiteindelijk niet dichten. In de laatste kilometer stortte de Mallorcaan zelfs helemaal in; hij kan het podium uit zijn hoofd zetten.

Gigantische verschillen

Helemaal vooraan verwende een ongenaakbare Sloveen het enthousiaste publiek weer op een onvervalste Pogacar-show.

Bernal omschreef het treffend, na afloop: "Tadej is een ander niveau, dus ik heb niet eens geprobeerd om te volgen."