'Slachtoffers misdrijf zonder rechtszaak voelen zich in de steek gelaten'
Slachtoffers van een misdrijf waarbij er geen rechtszaak volgt, voelen zich in de steek gelaten. Dat zegt Slachtofferhulp Nederland op basis van gesprekken met mensen die zich bij de organisatie hebben gemeld.
Die ontevredenheid komt door de toename van het aantal geseponeerde strafzaken en zaken die zelfstandig door het Openbaar Ministerie worden afgehandeld, zonder tussenkomst van een rechter. Hoewel het in laatstgenoemde zaken wel tot een veroordeling komt, kunnen slachtoffers geen gebruikmaken van hun spreekrecht in de rechtszaal.
"Onze zorg is dat steeds minder slachtoffers op de zitting hun recht kunnen halen", zegt Rosa Jansen, bestuursvoorzitter van Slachtofferhulp Nederland. "Ze kunnen nog net een bonnetje voor een schadevergoeding toesturen, maar dat is het dan. Ze staan helemaal buiten het proces."
Het OM zegt in een reactie dat niet elke zaak voor de rechter kan komen, maar erkent tegelijkertijd dat de begeleiding van slachtoffers beter kan.
Toename sepots
Bij geseponeerde strafzaken besluit het OM om geen vervolging in te stellen omdat er te weinig bewijs is, of omdat het weinig belang ziet in vervolging. De recentste cijfers komen uit 2022: van de bijna 187.000 zaken die het OM in behandeling nam, werden er 58.000 geseponeerd. Ter vergelijking: in 2018 ging het om bijna 40.000 van in totaal 185.500 zaken.
Verder speelt mee dat er capaciteitsproblemen zijn bij de politie en in de rechtspraak, waardoor er te weinig mensen zijn om alle zaken te behandelen.
Positie slachtoffer onder druk
Slachtoffers hebben meer moeite een misdrijf te verwerken als hun zaak niet wordt behandeld. Zij kloppen bovendien vaker aan bij Slachtofferhulp. De belangenorganisatie kreeg vorig jaar ruim 248.000 aanmeldingen, bijna 20 procent meer dan een jaar eerder.
Jansen zegt dat de positie van het slachtoffer onder druk komt te staan. "Het OM doet meer en zwaardere zaken via een strafbeschikking af, waaronder zaken waarin het slachtoffer op de zitting spreekrecht zou hebben. Het gaat bijvoorbeeld om bedreiging met een mes. We zien dat ook steeds meer stalkingszaken door het OM worden bestraft."
Zulke zaken worden gezien als high impact crimes: zaken die veel indruk maken op de slachtoffers, die daar nog lang last van kunnen hebben. Omdat de impact voor ieder slachtoffer anders is, vindt Slachtofferhulp het belangrijk dat goed wordt nagegaan waaraan mensen behoefte hebben.
"Voor veel slachtoffers kan het prima zijn als het OM de zaak via een strafbeschikking afdoet. Maar er zijn ook mensen die het belangrijk vinden om erbij te zijn en actief te kunnen deelnemen aan de zaak. De samenleving moet zich in het strafproces kunnen blijven herkennen. Het gaat nu te vaak om criminaliteit, niet over rechtvaardigheid."
'Bij merendeel gaat het goed'
"We kunnen niet elke zaak naar de strafrechter brengen", reageert topman Rinus Otte van het OM. "Maar we kunnen wel zo goed mogelijk rekening houden met de belangen van de slachtoffers. Naar mijn beleving doen we dat zo goed mogelijk. Er zal af en toe wel eens wat fout gaan omdat een slachtoffer zich niet goed geïnformeerd voelt, maar bij het merendeel van de zaken gaat dat goed."
Otte zegt dat het OM daarbij zorgvuldig te werk gaat. "Want op het moment dat wij een zaak naar de strafrechter brengen met te weinig bewijs, krijg je vrijspraak. En dat is ook bijzonder verdrietig voor slachtoffers."
Enkel grote zaken?
Slachtofferhulp Nederland zegt dat het Openbaar Ministerie zich tegenwoordig veel meer bezighoudt met zware zaken als georganiseerde misdaad en dat veel andere zaken daarom geseponeerd worden, maar topman Otte ontkent dat.
"Het klopt dat er heel veel capaciteit in gaat zitten, maar als het zo was dat de strafrechter alleen nog maar zaken behandelt waar een heel groot ernstig feit aan de hand is, dan zou de strafrechter het wel erg rustig hebben. Een groot deel gaat echt nog steeds over de gewone zaken en mensen van vlees en bloed."
Volgens de wet mag het OM zelf zaken behandelen waarop een maximumcelstraf van 6 jaar staat. "Daarbij moeten we slachtoffers wel beter uitleggen waarom we een zaak wel of niet oppakken", zegt Otte. "Dat kan altijd beter en dat trek ik me aan."