Nederlands geld voor drinkwater in Oekraïense frontsteden
Roel Pauw
Verslaggever
Al voor de oorlog was schoon drinkwater een probleem in Oekraïne, maar sinds de Russische inval is het alleen maar verergerd. Daarom helpen Nederlandse waterleidingbedrijven bij het herstel en moderniseren van de watervoorziening.
Met vijf Oekraïense waterleidingbedrijven, in frontsteden, zijn onlangs contracten ondertekend. Ze hebben een totale waarde van bijna vijf miljoen euro en voorzien onder meer in nieuwe leidingen. Het bedrag is 1 procent van de totale hulp die Nederland aan Oekraïne biedt. Een druppel dus, maar wel een belangrijke.
Een van die steden is Kramatorsk, gelegen op 20 kilometer van het front. Burgemeester Oleksandr Hontsjarenko benadrukt de noodzaak. "Door het Russische geweld werkt 90 procent van de bedrijven niet. Er komt geen geld binnen."
Bij een kerkgebouw in Kramatorsk is een openbaar tappunt voor schoon drinkwater. Mensen vullen er grote plastic flessen voor thuis. Op dit moment doet de waterleiding het, maar het kan elk moment misgaan, als de stad beschoten wordt en de nutsvoorzieningen worden geraakt, al dan niet per ongeluk. Daarom leggen mensen een voorraadje aan.
Slijm
De kwaliteit van het water op deze tapplaats is ook veel beter dan wat er thuis uit de kraan komt. Er staan zo'n tien mensen in de rij. "We hebben water, maar het is vies", zegt een man die voorovergebogen staat over een kraan, die ongeveer tot kniehoogte komt. "Als het water even stilstaat, vormt zich meteen een laag slijm", zegt een wachtende oudere vrouw. "Vroeger was het beter."
Een andere vrouw valt haar in de rede: "Vroeger was het ook slecht, maar nu is het helemaal niet meer te doen. Je kunt er de was mee doen, maar voor menselijke consumptie is het niet geschikt."
Jevhen Isimetov is de plaatsvervangend directeur van het waterleidingbedrijf van Kramatorsk, Vodokanal Kramatorska. Hij laat de plek zien waar vorig jaar twee Russische raketten enorme gaten in de weg sloegen. Daarbij werd zowel de waterleiding als de riolering geraakt. Duizenden inwoners zaten een paar dagen zonder water.
Het repareren van dit soort schades is niet eenvoudig. Veel werknemers van de gemeentelijke nutsvoorzieningen zijn gevlucht of zitten in het leger en de gemeente is dus straatarm. Het aan de praat houden van de voorzieningen is een enorme klus. Afgelopen jaar heeft de stad zeker 200 raketaanvallen te verduren gehad.
"Er zijn momenten geweest dat we helemaal zonder water zaten en dat we het in flessen en met tankwagens moesten aanvoeren. Alleen om te drinken, niet om te douchen", vertelt burgemeester Hontsjarenko in zijn ondergrondse vergaderzaal.
Het waterleidingsysteem is sowieso zwaar verouderd en daardoor kwetsbaar. Een paar mannen van de storingsdienst hebben een groot gat gegraven tussen twee appartementengebouwen. Een oude gietijzeren waterleiding was gebroken en die is nu weer gerepareerd, met een hulpstuk dat werd geleverd door het Rode Kruis.
Verbrokkelen
"Zonder geld van onze partners in Europa en dus in Nederland kunnen we onze inwoners niet van drinkwater voorzien, laat staan dat we kunnen investeren in een robuuster netwerk", zegt de burgemeester. Terwijl hij zijn verhaal doet, loeit buiten het luchtalarm.
De waterleidingen gaan massaal kapot, niet alleen op de plekken waar de raketten inslaan, maar ook in de wijde omgeving, door de ondergrondse schokgolf van zo'n explosie. "De buizen hier dateren van begin jaren 40 en zijn van keramiek. Ze verbrokkelen dan gewoon", vertelt de baas van het waterleidingbedrijf, wandelend door een vervallen straatje met huizen van twee verdiepingen hoog, gebouwd nog voor de Tweede Wereldoorlog.
Teruggekeerd
In dit straatje, de Radoezna (Regenboogstraat), gaan de buizen de grond in die Nederland financiert. Nieuwe kunststoffen leidingen zijn noodzakelijk, anders gaat rioolwater zich vermengen met het drinkwater, wat diarree en ziektes als tyfus en cholera veroorzaakt. En dat zou een arme wijk als deze onleefbaar maken.
Het Nederlandse beleid is er juist op gericht om het leven in frontliniesteden leefbaar houden, vertelt een diplomaat van de Nederlandse ambassade in Kyiv. "We willen niet land steunen waar niemand meer kan wonen."
En dat werkt, tenminste, dat denkt de burgemeester. Voor de oorlog woonden in Kramatorsk 140.000 mensen. Dat zijn er zo'n 75.000 tot 80.000. "De helft van hen waren vluchtelingen die het afgelopen half jaar weer zijn teruggekeerd. Ze zien namelijk dat er water is en stadsverwarming, dat alle infrastructuur werkt, ondanks alle ellende die Rusland hier veroorzaakt. Die mensen geloven in een toekomst hier."