Experiment in verspringen om foutsprongen te beperken: 'Is het al 1 april?'
In een poging het aantal foutsprongen bij het verspringen drastisch terug te brengen, start de mondiale atletiekbond World Athletics (voorheen IAAF) een experiment. Bij enkele wedstrijden kunnen de verspringers zich binnenkort afzetten vanaf een zogenoemde startzone in plaats van de afzetbalk.
Directeur Jon Ridgeon van World Athletics hoopt het onderdeel op deze manier aantrekkelijker te maken voor het publiek. Tijdens de WK van vorig jaar in Boedapest werd een derde van alle sprongen in het verspringen ongeldig verklaard doordat de voet de afzetbalk had overschreden.
"Dat werkt niet, dat is tijdverspilling", zei Ridgeon. "Dus testen we met een startzone zodat we meten vanaf het punt waar de atleet opstijgt tot waar hij in het zand landt. Dat betekent dat elke sprong telt. We werken aan een manier om direct het resultaat te zien."
'Je kunt bij basketbal ook de basket groter maken'
De Amerikaanse atletieklegende Carl Lewis reageerde sceptisch op het plan. "Je zou tot 1 april moeten wachten met het maken van 1-aprilgrappen", zei de viervoudig olympisch kampioen verspringen (1984, 1988, 1992, 1996).
"Het verspringen is het moeilijkste atletiekonderdeel", ging Lewis verder. "Dan zou je de moeilijkste vaardigheid uit het verspringen halen. Je kunt bij basketbal ook de basket groter maken bij vrije worpen, want zoveel mensen missen ze."
De atletiekbond wil dit jaar beginnen met testen bij kleinere topsportwedstrijden. Een wereldwijde introductie van de nieuwe regels volgt mogelijk pas in 2026, of helemaal niet.