Dierentuinen veranderen: 'Ze moeten met de tijd mee en dat beseffen ze goed'
Grotere verblijven, meer ruimte voor educatie en meer aandacht voor het welzijn van de dieren: dierentuinen voeren steeds grotere veranderingen door in hun parken, en denken na over andere functies dan het houden van dieren. Ze moeten wel, door nieuwe regels, maar ook omdat het publiek dat van ze vraagt.
Zo zitten de leeuwen in Artis in Amsterdam sinds een maand in een nieuw verblijf, dat een stuk groter is dan het oude. En vandaag heeft Diergaarde Blijdorp in Rotterdam een 'masterplan' gepresenteerd: daar willen ze van dierentuin naar 'natuurherstelorganisatie', door te investeren in het herstellen van de natuurlijke leefgebieden van de dieren die in het park leven.
"Wat wij willen doen is niet alleen zorgen dat een soort behouden blijft", zegt directeur Erik Zevenbergen. "We zijn heel goed in staat om die reservepopulatie aan te leggen. Maar er moet een hoger doel zijn, in de zin van: ze moeten ook een keer terug."
Daarnaast moet het natuurlijke leefgebied ook beter nagebootst worden in de Diergaarde zelf. Zo moet het gebied waar de olifanten kunnen lopen door het hele park getrokken worden, zodat de dieren meer ruimte krijgen.
Heel kleine verblijven
"Dierentuinen zitten in een transitieperiode", zegt Maarten Reesink, die aan de Universiteit van Amsterdam college geeft in mens-dierstudies. "Ze zijn de afgelopen decennia al heel erg veranderd." Zo zijn de verblijven in de loop der jaren al vergroot, en zet die trend nog steeds door.
Dierentuinen moeten volgens Reesink wel. Dat komt door druk van zowel binnen, als buiten de dierentuinmuren. "Toen ik rondleider was in Artis, een jaar of tien geleden, hadden ze daar nog een roofdierengalerij, waar de grote katten als de tijger en luipaard te zien waren. Ze zaten in heel kleine verblijven", herinnert de wetenschapper zich. "Toen kreeg ik al reacties dat dat toch helemaal niet meer kon in deze tijd."
Het illustreert hoe anders de samenleving is gaan kijken naar het welzijn van dieren. "Dat komt doordat we bijvoorbeeld steeds betere natuurdocumentaires kunnen zien en we steeds meer weten over de emoties van dieren. Dat zie je ook steeds meer naar het grote publiek doorsijpelen", zegt Reesink. "Het gevolg is dat dierentuinen mee moeten met de tijd en dat beseffen ze verdomd goed."
In een spagaat
Maar er is ook druk vanuit de branche zelf. "Bijvoorbeeld van de Europese dierentuinorganisatie. Die bepaalt de eisen die aan verblijven van dieren gesteld worden. Die worden continu aangescherpt door het voortschrijdende inzicht uit onderzoeken naar het welzijn van dieren."
Dat brengt de dierentuinen in een spagaat, zegt Reesink. "Het publiek wil de dieren aan de ene kant niet in kleinere hokjes, maar je wil ze wel van dichtbij zien. Ze moeten op eieren lopend veranderen, zou je kunnen zeggen."
Bij de opening van het nieuwe leeuwenverblijf in Artis vond het publiek ook al dat je "moet zoeken naar de leeuwen":
Veranderingen spelen niet alleen op het gebied van de opvang van dieren. Dierentuinen denken ook steeds meer na over een andere functie: het uitzetten van dieren, zoals Diergaarde Blijdorp in Rotterdam bijvoorbeeld wil doen door in de leefgebieden te investeren. "Dat is in lijn daarmee. Verschillende dierentuinen zijn ermee bezig", ziet Reesink.
Zo investeert Blijdorp in het herstellen van de natuurlijke leefomgeving van bijvoorbeeld de rode panda in Nepal. "Bijvoorbeeld door land aan te kopen", zegt Diergaarde-directeur Zevenbergen. "Zo willen we bijdragen aan het terugzetten van een aantal rode panda's daar."
Blijdorp ziet het als een opdracht, niet alleen omdat het publiek dat van ze vraagt. "Dat speelt misschien een stukje mee", zegt Zevenbergen. "Maar ik zie het vooral als iets wat we intrinsiek voelen. Dat we eigenlijk een groter verschil moeten maken, dat we impact moeten hebben."