Horeca verspilt ruim 9 procent minder voedsel, maar gooit nog steeds fortuin weg
Horecaondernemers gooien minder voedsel weg dan vier jaar geleden. Sinds 2019 nam de voedselverspilling met 9,2 procent af: er wordt nu vijf miljoen kilo minder eten in de prullenbak gegooid. Toch wordt er ondanks de daling nog altijd 55,4 miljoen kilo voedsel per jaar verspild, blijkt uit onderzoek van Rabobank.
De daling komt volgens de onderzoekers deels door de hoge kosten waar horecaondernemers de afgelopen jaren mee te maken hebben. Ondernemers gingen op zoek naar manieren om voedselverspilling tegen te gaan, om zo geld te besparen.
Het tegengaan van verspilling is ook belangrijk voor het klimaat. Weggegooide etenswaren dragen namelijk ook bij aan de CO2-uitstoot. In de Sustainable Development Goals van de Verenigde Naties is vastgelegd dat de voedselverspilling in 2030 gehalveerd moet zijn.
"Horecaondernemers zijn op de goede weg", zegt sectormanager Jos Klerx van Rabobank. "Vooral hotels verspillen steeds minder. Restaurants moeten nog wel iets meer aan verspilling doen om het doel te halen." Voedselverspilling tegengaan heeft alleen maar voordelen, benadrukt Klerx. "Het is goed voor de wereld en voor het kasboekje van horecaondernemers."
Het eten dat nu nog ieder jaar wordt weggegooid, heeft volgens het onderzoek een waarde van zo'n 647 miljoen euro.
Verspillingsvrije Week
Vandaag begint de zogenoemde Verspillingsvrije Week. De stichting Samen Tegen Voedselverspilling roept consumenten dit jaar op om eten op de juiste plek te bewaren. Uit een onderzoek van de stichting blijkt namelijk dat 76 procent van de Nederlanders niet precies weet waar groenten en fruit het best bewaard kunnen worden - in de koelkast of daarbuiten - waardoor producten soms sneller bederven dan nodig.
Zo dacht 58 procent van de ondervraagden dat een komkommer in de koelkast thuishoort, terwijl deze juist langer goed blijft buiten de koelkast. Hetzelfde geldt voor paprika's. Appels en eieren kunnen dan juist wel weer beter in de koelkast bewaard worden.
Nel Schellekens uit Winterswijk - ook wel gekscherend 'van-kop-tot-kont-chef' genoemd - probeert scholieren en toekomstige koks bewust te maken van zulke dingen en ze te leren hoe te koken zonder voedselverspilling. Samen met haar man runde ze 25 jaar lang een restaurant.
"Ik gooi niks weg. Pitten, schillen en klokhuizen kun je niet zo eten, maar het is goud omdat het geur, kleur en smaak heeft. Mijn pitten en schillen worden azijnen, en groentenresten worden mijn bouillon. Mensen gooien nog altijd veel weg, maar ik vraag me af: waarom doe je dat? Het is zo lekker", zegt ze vanochtend in het NOS Radio 1 Journaal.
Taarten van oud brood
Schellekens wordt niet blij van hoe jongeren doorgaans over eten denken. "Die zijn heel makkelijk in dingen wegdoen. Ze zien niet de waarde van een sneetje brood. En als ik ze dan vertel hoeveel energie ervoor nodig is voordat dat sneetje op je bord komt en hoe lekker je oud brood ook nog kunt maken, worden ze helemaal hyper."
"Dan is het opeens van: 'hebben we wentelteefjes, hebben we paneermeel, dan kunnen we kroketten maken, kunnen we taarten maken van oud brood. En brownies'. Dan worden ze enthousiast. En dat noem ik zaadjes planten."
Gemiddeld gooien Nederlanders 33,4 kilo per persoon per jaar weg, blijkt uit het onderzoek van de stichting Samen Tegen Voedselverspilling. De van-kop-tot-kont-chef heeft nog wel een tip: "Iedereen moet gewoon eens bij zichzelf denken: hoe doe ik het nu? Hoe is mijn consumptie, wat ben ik aan het doen en wil ik dit wel? En begin dan. Begin. Dat is het."
Voedselverspilling is zelfs een van de grootste aanjagers van klimaatverandering. NOSop3 legt het uit: