Met steun van Nederland wankelt nieuwe EU-wet voor vrouwenrechten
Devi Boerema
Devi Boerema
Nederland voegt zich met onder meer Hongarije, Bulgarije en Letland bij de landen die een Europees wetsvoorstel over vrouwenrechten willen afzwakken. Die opstelling wekt verbazing bij vrouwenrechtenorganisaties. De Tweede Kamer nam eerder deze maand een wet aan die verkrachting juist breder definieert. Maar Nederland vindt wetgeving over verkrachting niet een Europese zaak.
De discussie draait om een wetsvoorstel van de Europese Commissie waar de Raad van ministers zich kritisch over heeft uitgesproken. In dit eerste Europese wetsvoorstel dat specifiek over vrouwenrechten gaat, staat de aanpak van geweld tegen vrouwen centraal. Het voorstel richt zich onder andere op online wraakporno, huiselijk geweld en vrouwenbesnijdenis.
De wet zou ervoor zorgen dat elke lidstaat wetgeving moet doorvoeren die geweld tegen vrouwen strafbaar maakt. In het originele voorstel staat bijvoorbeeld dat in alle EU-landen wettelijk sprake moet zijn van verkrachting als het slachtoffer aantoonbaar niet heeft ingestemd met de seks. Bijvoorbeeld als ze bewusteloos was.
Nederland schaart zich achter het advies van de Raad van ministers om verkrachting uit het voorstel te schrappen. Daarmee sluit Nederland zich aan bij een kleine meerderheid van lidstaten die vindt dat Europa's macht niet zo ver reikt dat het landen kan opleggen hoe ze verkrachting als juridisch delict definiëren. Om die reden willen deze landen artikel 5 over verkrachting uit het wetsvoorstel halen.
Europarlementariër voor de PvdA Vera Tax vindt die uitleg onzin: "Volgens mij is er sprake van politieke onwil. Op andere onderwerpen die de wet benoemt vindt Nederland Europese regelgeving geen probleem." Met Tax is een meerderheid van de Europarlementariërs het oneens met het standpunt van de Raad. Het Parlement heeft haar bezwaren vandaag officieel vastgelegd: ze wil verkrachting in de nieuwe wet behouden en juist harder bestraffen.
Vrouwenrechten in Europa
Europese vrouwenrechtenorganisaties vragen al jaren om zo'n wet voor vrouwenrechten, zegt Eliana Jimeno van Women Against Violence Europe (WAVE). "Er bestaat momenteel geen wet die alle lidstaten dwingt om geweld tegen vrouwen strafbaar te maken." Ook Tax vindt dat een Europese wet meerwaarde heeft. "Slachtoffers van seksueel geweld zouden overal in Europa moeten kunnen rekenen op de wet."
Amnesty International, dat zich heeft ingezet voor de nieuwe Nederlandse wetgeving over verkrachting, is verbaasd over de opstelling van Nederland. "Het is bizar dat Nederland op nationaal niveau zo'n belangrijke stap voorwaarts zet, maar tegelijkertijd op Europees niveau zulke voortgang tegenhoudt", zegt Berber Biala-Hettinga, lobbyist voor Amnesty in Brussel.
Onder druk
Jimeno van WAVE hoopt dat de nieuwe Europese wet, met behoud van het verkrachtingsdelict, nog vóór juli 2024 wordt vastgesteld. Dan begint het voorzitterschap van Hongarije. "We verwachten dat het voorstel onder leiding van Hongarije verder vertraagd wordt, dus we moeten snel zijn", aldus Jimeno.
Volgens de Istanbul-conventie moet iedere lidstaat zich inzetten voor het beschermen van vrouwen- en LHBTI-rechten. Tien jaar geleden, toen de conventie werd opgezet, leek dat een vanzelfsprekend streven, maar de afgelopen jaren is dat doel steeds controversiëler gebleken.
Landen als Hongarije, Bulgarije en Letland verzetten zich tegen delen van de conventie, die ze daarom ook niet hebben ondertekend. "Deze landen willen huwelijken tussen partners van hetzelfde geslacht niet mogelijk maken. Ook vinden ze het niet juist dat de conventie over meer genderidentiteiten spreekt dan alleen man en vrouw", legt Jimeno uit.
Nederland heeft de conventie wel ondertekend. Het wetsvoorstel dat nu op tafel ligt geeft handen en voeten aan de beloften uit die conventie. Volgens Tax is het daarom extra wrang dat Nederland zich in deze Europese discussie bij de conservatieve landen aansluit. "Nu de Raad Artikel 5 heeft geschrapt, is heel moeilijk om het terug te draaien", zegt Tax.
Kleine kans
Toch is er nog een kans. Het Europees Parlement heeft vandaag een belangrijke stap genomen om het artikel over verkrachtingswetgeving terug te krijgen in de wet. Waarschijnlijk beginnen de Commissie en Raad na het zomerreces met de onderhandelingen over het lot van Artikel 5.
Volgens Biala-Hettinga van Amnesty is dit het moment voor Nederland om nog van gedachten te veranderen. "Dit is niet het moment om voorzichtig te zijn, maar juist een kans om ambitieus te zijn en verkrachtingswetgeving EU-breed gelijk te trekken."