NOS Sport

Vijftien jaar na olympisch goud spelen waterpolosters weer om hoofdprijs tegen VS

De Nederlandse waterpolosters hebben de finale van het wereldbekertoernooi in het Californische Long Beach bereikt. In de halve eindstrijd won de ploeg van de Griekse coach Evangelos Doudesis met 12-8 (1-2, 4-2, 4-2, 3-2) van Spanje.

In de finale wacht titelhouder en gastland Verenigde Staten, dat Hongarije met 16-10 versloeg.

Vorig jaar had Nederland in de halve finale van de EK in Split nog met 10-7 verloren van de Spaansen, die daarna ook de titel grepen. Dit keer was Oranje beter bewapend: vooral met een speelster meer in het water was Nederland uiterst effectief.

In een lange tijd gelijkopgaand duel met veel uitsluitingen over en weer, scoorden beide teams driemaal voor rust met een speelster meer in het water. Oranje leidde halverwege met 5-4.

Spanje kwam nog een keer langszij, maar met nog acht minuten op de klok had Oranje toch een gaatje geslagen (9-6) en kwam vervolgens niet meer in de problemen.

De vier schoten van Lieke Rogge vlogen allemaal binnen en daarmee werd ze topscorer.

Amerikaanse goalie scoort in leeg doel

Een hoogtepunt in de andere halve finale was de treffer van de Amerikaanse keepster Ashleigh Johnson aan het einde van het derde kwart. In een uiterste poging dichterbij te komen, hadden de Hongaarsen hun keepster uit het water gehaald voor een extra veldspeelster,

Johnson zag het lege doel en smeet de bal met uiterste precisie 30 meter verder in het lege doel.

Daarmee bracht ze de stand op 11-8. De VS won uiteindelijk met 16-10

Vijftien jaar na Peking

Oranje versloeg de Amerikaansen in april in Athene in een eerder stadium van de competitie. Daarvoor was dat 18 keer op rij niet gelukt: de laatst zege voor dit jaar was in de olympische finale van Peking in 2008.

Zeven jaar later dolf Oranje het onderspit in de finale van het WK in Kazan. De Verenigde Staten wonnen in 2018 de laatste editie van de wereldbeker.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl